Een avond waarin muziek en ruimte samensmolten, en twee musici met hun passie de kapel en het publiek volledig in vervoering brachten.
Op zaterdag 20 september organiseerde Klassiek in de Kapel een avond kamermuziek in de sfeervolle en intieme Sint-Rochuskapel in Mariadal te Hoegaarden. Violiste Elsa de Lacerda en pianist Matthieu Idmtal, beiden grootmeesters in hun vak, lieten de luisteraars genieten van drie sonates van Mozart (KV301, KV304 en KV296) en van Griegs meeslepende Derde sonate voor viool en piano.
De kapel, met haar warme en omhullende akoestiek, bleek het perfecte kader voor dit recital. Vanaf de eerste klanken vulde de muziek de ruimte volledig, alsof elke steen van de kapel mee begon te trillen. De Lacerda en Idmtal maakten de akoestiek tot bondgenoot: hun spel ademde in de ruimte, en de ruimte leek terug te ademen in hun muziek.
Mozarts sonates tekenden zich af als drie muzikale seizoenen. De Sonate KV301 in G-groot klonk als een frisse lente, licht en elegant, waar viool en piano elkaar speels tegemoet traden als in een vertrouwelijk gesprek. Heel anders was de Sonate KV304 in d-klein, donker en geladen, alsof Mozart herfstschaduwen verklankte. Hier lieten de musici de broze intensiteit spreken met een dramatische kracht die diep raakte. Een korte pauze nadien bood tijd om te ademen en te bezinnen, vooraleer KV296 in C-groot de kapel vulde met helder zomerlicht. Deze sonate straalde vitaliteit en sprankelende energie uit, dartel en transparant als zonlicht dat door glas valt.
Met Griegs Derde sonate voor viool en piano sloeg de sfeer om. De lyrische melodieën deden denken aan groene berglandschappen en frisse bossen, terwijl stormachtige passages klonken als natuurgeweld dat vanop de Noorse fjorden neerdaalde. De piano van Idmtal daverde soms als donder, dan weer kabbelde hij als een beek, terwijl de Lacerda’s viool zweefde als een stem die beurtelings fluisterde, jubelde en klaagde. Er zat een rauwe eerlijkheid en spontane kracht in hun spel die niemand onberoerd liet. Het publiek werd meegesleept in een stroom van emoties, waarin ingetogen momenten en vurige uitbarstingen elkaar in een adem opvolgden.
Wat deze avond zo bijzonder maakte, was de mengeling van beheersing en overgave. De Lacerda en Idmtal gaven de noten geur, kleur en tastbaarheid. Hun verbondenheid, hun passie en hun spontaniteit zorgden ervoor dat de toehoorders tot de laatste noot geboeid bleven luisteren.
Toen de laatste klanken van Grieg wegstierven, brak de stilte maar even: het publiek sprong recht en beloonde de musici met een staande ovatie. Minutenlang hield het daverende applaus aan, een terechte hulde aan twee uitzonderlijke artiesten die de Sint-Rochuskapel voor één avond volledig in muziek hadden herschapen.