Een van de mooiste overgeleverde verzamelingen instrumentale dansmuziek uit het begin van de zeventiende eeuw is de Lachrimae cyclus van John Dowland. Deze opname met het renaissanceorkest Capriccio Stravagante is nieuw georkestreerd door Skip Sempé voor 6 violen, 5 blokfluiten, 2 cornetts, 3 trombones, 2 virginalen en klavecimbel. Skip Sempé’s arrangement van de eenentwintig Lachrimae dansen doet de traditie van de Pavan en Galliard paren herleven in plaats van ze te behandelen als geïsoleerde bewegingen.
Het idee van een ‘Renaissance orkest’, waarin alle verschillende instrumentale groepen zijn samengebracht, is de verborgen boodschap van de 16e en 17e eeuwse uitgaven. Grote ensembles voor prestigieuze of feestelijke gelegenheden zaten evenzeer in het hoofd van de componist als kleinere, intieme groepen. Dit weinig opgemerkte element is opgenomen in de concerten en opnames van het renaissanceorkest Capriccio Stravagante en is een van de opmerkelijke prestaties van het orkest als het gaat om het creëren van nieuwe perspectieven.







