In de Mechelse Onze-Lieve-Vrouw van Hanswijkbasiliek wachtte wel een Kerstmis aan het Hof van de broodheren van Joseph Haydn (1732-1809). Vorst Anton II Esterházy de Galántha, de laatste vertegenwoordiger van de adellijke familie, kon het niet meer meemaken.
Hiervoor deed Servus beroep op een achtkoppig ensemble van even bezielde als begaafde jonge musici die verbonden zijn aan de Joseph Haydn Privathochschule Eisenstadt. Oostenrijkers, zoals altviolist Camillo Kircher of mezzo Johanna Weinhoffer. Maar ook talent uit Slovenië, Taiwan, Kazakhstan, zoals violiste Meryuert Almukambetova, of Zuid-Korea, zoals sopraan Seonyoung Moon. Ze maakten een muzikale reis van de intieme liturgische sonates van Mozart tot de grootse religieuze genres van Haydn en Händel. Op en top klassiek.
Op een heel apart ‘Stille Nacht’ door de twee zangeressen, een wiegend ‘Pifa’ uit Händels ‘Messiah’ en het overbekende ‘Fatto per la Notte di Natale’ van Corelli na, zonder evocatie van de kersthype, waar sommigen toch stiekem op hoopten. Originaliteit sierde het programma. Want, zeg nu eerlijk, een ‘Missa Brevis’ of het ‘Stabat Mater’ van Haydn en Kerksonates van een jonge Mozart zijn lang geen dagelijkse kost.
Tegen de kordate aanpak van violiste Meryuert Almukambetova stond de rustige zekerheid die Bella Hoziasa uitstraalde. Met haar lange, blonde haren, kon ze zo weggelopen zijn uit de groep musicerende engelen rond het ‘Lam Gods’. Haydns ‘Cantilena pro adventu a due’ kreeg een mooie orgel-intro. Zijn ‘O quam tristis et afflicta’ verenigde sopraan Seinyoung Moon en mezzo Johanna Weinhoffer harmonieus met mekaar.
De cello van Paula Smole was een lust voor het oor en voor het oog. Het was een attractief instrument, dat opviel door het ‘marbré’ effecf van het hout. Het was een Roemeens instrument dat de celliste in bruikleen had gekregen van de Weense instrumentenbouwer die het hare onder hand neemt.
Je bent jong, je wil wat, je kan wat, maar blijf voorzichtig’, dat zou zowat de leuze kunnen zijn van dit fijne gezelschap, dat voorbereid werd door violiste en pedagoge Mag.Cornelia Gradwohl (° Löscher), die met het Haydn Chamber Ensemble onlangs nog in Mechelen optrad.






