Zoek
Sluit dit zoekvak.

Onze website is vernieuwd, geef zelf je evenementen in. Heb je een fout gezien. Mail ons!

Tasto Solo brengt onder leiding van Guillermo Pérez de sfeer van een renaissance banket tot leven. Met hun nieuwe album Eros & Subtilitas combineren ze instrumentale werken afgewisseld met vocale madrigalen. Het thema: de eeuwige dialoog met het universum. Instrument en stem zijn “zichtbare sterren en firmamenten” van wat ons uit de renaissance is overgeleverd.

muziek in de kapel partner van Klassiek Centraal

De cd opent met het dansante La Gamba van Vincenzo Ruffo (ca.1508-1587). De luit opent met de melodie. Deze wordt door klavecimbel en harp overgenomen waarna het organetto en uiteindelijk ook de viola bastarda aan de dans deelnemen. Tasto Solo speelt zo geanimeerd dat je de danspassen zo kan inbeelden. Als je de ogen sluit, zie je het renaissancebal in volle gang.

Deze openingsdans wordt gevolgd door drie zettingen van het gedicht Dormendo un giorno. De eerste versie is van Philippe Verdelot (ca.1485-ca.1540) en wordt door sopraan Anne-Kathryn Olsen gezongen. Na deze vocale versie klinkt een instrumentale uitvoering van Ruffo’s zetting. De derde maal klinkt dit liefdesgedicht als een dialoog tussen Anne-Kathryn en bariton Riccardo Pisani. Dit drieluik van capricci met steeds het zelfde gedicht als basis voelt echter niet aan als drie maal hetzelfde stuk achter elkaar. Door het verschil in contrapunt, bezetting en versieringen ervaar je elke versie als nieuw en fris.

Andere capricci — zoals die op het gedicht O felici occhi miei — komen ook in verschillende versies op het album terug. Andere zoals Madonna io v’amo [track 08] en Martin menoit [track 19] komen slechts een maal voor. Op de cd worden ook twee gedichten van de grootmeester Petrarca (1304-1374) gezongen: Gentil mia donna [track 13] en Da’ bei rami scendea [track 23]. Een naam die natuurlijk niet mag ontbreken wanneer het gaat om Italiaanse dichtkunst uit de renaissance.

De vocale capricci en madrigalen worden op deze cd aangevuld met instrumentale dansen uit het Castell’Arquato manuscript. Deze dansen komen in paren: eerst een trage pavane gevolgd door een levendige saltarello in dezelfde toonaard. Ook uit dit manuscript zijn de twee ricercari [track 07 & track 14]. Het eerste wordt door Bérengère Sardin solo vertolkt en het tweede door Bertrand Cuiller. De charme en timbre van de renaissance harp en klavecimbel kunnen op die manier mooi tot hun recht komen.

In de renaissance werd elke gelegenheid gegrepen om een rijk en feestelijk banket te organiseren. Muziek kon daarbij natuurlijk niet ontbreken. De combinatie van dansen, vocale liederen en instrumentale werken op dit album doet dromen over hoe het muzikale vermaak op zo’n avond eruit gezien zou hebben.



4.5/5

© Klassiek Centraal – build & hosted door Kyzoe.be

Join Us

Subscribe Our Newsletter

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo.Consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo. ex ullamcorper bibendum. Vestibulum in mattis nisl.