Symfonieorkest Continuo is het alumni- en personeelsorkest van de Gentse universiteit. Het staat naast het Gents Universitair Symfonieorkest (GUSO), dat vooral uit studenten bestaat. Met ruim tienduizend werknemers is de Ugent niet alleen de grootste werkgever van de stad, ze houdt ook verschillende ensembles in stand, naast een koor en een harmonieorkest. Symfonieorkest Continuo repeteert wekelijks en speelt twee programma’s per jaar, met twee concerten in januari (of begin februari, zoals dit jaar) en twee in juni.
Meerwaarde
Een concert van Continuo is niet alleen genieten van de muziek, ook van het concept, de titel, de presentatie en het programmaboekje. Dat boekje is heel uitgebreid en heeft een prachtige lay-out. Bij Continuo zit er altijd een uitgesproken rode draad in het programma. Vorige jaar was de rode draad chemie, dit jaar is het “Liebestod”, de titel op de affiche. Dat concept, die rode draad is beslist een meerwaarde bij de belevenis van een symfonisch concert.
Vooraf is er een inleiding waar spreker Dirk Moelants niet zomaar wat uitleg geeft, een half uur lang vertelt hij geestig en gevat over de liefde en de dood, eros en tanatos en hoe die de werken met elkaar verbindt. We zien de man op het podium terug bij de contrabassen.
Het begint met het werk waar de Liebestod naar verwijst, het beroemde Vorspiel uit Tristan und Isolde van Richard Wagner. We zien en horen hoe dirigent Kevin Hendrickx zijn troepen strak samen houdt en de spanning in de zwelgende stroperige muziek tot het laatste akkoord volhoudt. Dit is geen professioneel orkest, de onzuiverheden qua intonatie neem ik er graag bij.
Erfenis
Tijdens de Liedestod staat de piano al op het podium voor het tweede werk, de weinig gespeelde Fantaisie variée voor piano en orkest van Nadia Boulanger. Op het einde van Wagner gebeurt iets wat ik nog nooit heb gezien bij een symfonisch concert. Terwijl het orkest de laatste zuchten van Wagners Liebestod speelt, sluipt de soliste langs de eerste violen naar de vleugel. Na Wagners laatste akkoord gaat het orkest meteen verder met de Fantaisie van Boulanger, zonder onderbreking of applaus. Een aardig trucje om de verbondenheid tussen de twee werken te benadrukken, waarover de man in de inleiding ons had verteld.
Nadia Boulanger is vooral bekend als pedagoge en mentor van vele componisten en dirigenten uit de twintigste eeuw. Ze heeft ook een uitgebreid oeuvre achtergelaten, geworteld in de Franse traditie met enkele Russische trekjes. Boulanger had niet alleen een Franse vader maar ook een Russische moeder. Soliste Nathalie Matthys is een prille dertiger met veel internationale ervaring. In de VS studeerde ze onder meer bij Emil Naoumoff, de laatste leerling van Nadia Boulanger. Zo kreeg Nathalie Matthys de traditie vanuit eerste hand, een bijzondere erfenis.
Morendo
Na de pauze is er opnieuw liefde en dood, de rode draad wordt verder gesponnen met de zesde symfonie van Tschaikovsky, de pathetique. Hij schreef zijn laatste symfonie als een afscheid, een laatste passionele zucht, zijn requiem. Tegen de conventie in is het laatste deel een trage beweging. “Morendo” staat er boven de laatste noten van de celli. Enkele dagen na de première stierf Tschaikovsky op zijn drieënvijftigste aan cholera, nadat hij in een restaurant, wellicht bewust, besmet water had gedronken.
Qua orkestspel en dynamiek is Tschaikovsky’s Zesde complexer dan Wagners Liebestod. en dus een zware brok voor een semi-professioneel orkest. Eigenlijk heette de Pathetique oorspronkelijk de passionele symfonie. Je voelt dat de structuur, de tempi, de opbouw goed zitten, je voelt de passie bij de muzikanten onder de vakkundige en passionele leiding van dirigent Kevin Hendrickx.