Onze website is vernieuwd, geef zelf je evenementen in. Heb je een fout gezien. Mail ons!

Klassiek Centraal

  • Muzikale trip naar overweldigend Oslo

Muzikale trip naar overweldigend Oslo

Met de muziekreisorganisatie Cimarosa naar Oslo trekken blijkt niet enkel een muzikale belevenis te zijn, maar ook een architecturale.

Ons hotel ligt in de stationsbuurt die rond de eeuwwisseling nog een verloederde havenbuurt was, maar nu dé iconische architectuurbuurt geworden is van de stad met een resem nieuwe cultuurvoorzieningen: een gloednieuwe opera, het geknikte en grijze Munch Museum, 70m hoog, een immens groot Nationaal Museum met even verderop nog een pareltje van Renzo Piano waar de hedendaagse kunstcollectie zit van Aestrup Fearnley, scheepsmagnaat. Dat museum draagt dan ook zijn naam. Rijk land moet dat zijn, Noorwegen. Vooral dan sinds de ontdekking van olie en gas voor de kust. De staat is eigenaar van de exploitatie via het bedrijf Equinor (ex-Statoil). De overheid stopt de opbrengsten in het Noors Staatsfonds en elke Noor profiteert daarvan. In dat fonds zit momenteel de duizelingwekkende som van 1.516 miljard euro. De cultuur profiteert mee en pronkt er met een overrompelende infrastructuur.

Avond met Richard Strauss

Het is in een ouder stadsgedeelte dat we een eerste concert meemaken, in het Konserthus. Het is de thuisbasis van de Oslo Philharmonic. Jarenlang stond dat orkest onder de leiding van de bekende en betreurde Letse dirigent Mariss Jansons. Vanavond is het in de bekwame handen van de Duitser Marc Albrecht. Hij was tien jaar lang chef-dirigent bij de Nederlandse Opera vooraleer hij voor een internationale carrière koos. Het wordt een volledig Richard Strauss programma, beginnend met een kort intermezzo dat “Träumerei am Kamin” heet, dromen bij het haardvuur. Het duurt amper 5 minuutjes maar het klinkt zo lieflijk en idyllisch dat je meteen verstaat dat dit intermezzo populairder is dan de Strauss opera Intermezzo waaruit het komt. Leuk om horen hoe je meteen die orkestrale wendingen herkent die we zo dikwijls in al zijn werken tegenkomen. Het is een ongekunsteld symfonisch stukje crescendo en decrescendo, bijna behaagziek, zei dramaturg Piet Devolder die met het gezelschap meereisde als muzikale gids.

Daarop volgde het Hoornconcerto nr. 2. Het orkest had de eerste hoornist van de Berliner Philharmoniker hiervoor als solist uitgenodigd, Stefan Dohr. Hij speelde het probleemloos zonder partituur, maar dat kan je van zo’n ster verwachten. Alhoewel, zélf hoornist componeerde Strauss het voor zijn vader – ook hoornist – die het nooit speelde want hij vond het té moeilijk. Het tweede deel van dat concerto is een ”duet”- pareltje tussen hoornist en de verschillende secties van het orkest. Een echt virtuoos hoornconcerto.

Hoofdbrok van de avond: 22 fragmenten recht uit de natuur gepuurd, van zonsopgang tot zonsondergang, schitterend aan mekaar gelast tot een heuse Alpensinfonie. Helemaal in de traditie van zijn bekende andere symfonische gedichten. Zacht en licht begint de dag tot de donkere nacht valt. Strauss beschrijft muzikaal zijn wandeling door de weiden en bossen, verklankt zijn gevoelens en wedervaren die hij tijdens die tocht tegenkomt. Je hoort het gevaar nabij komen, het dondert en bliksemt, het hele orkest davert tot de storm weer wegtrekt en de nacht weer vredig valt. Een ideaal verhaal voor het Oslo symfonie orkest om te tonen wat het onder Marc Albrecht in zijn mars heeft en dat is veel, overheerlijk veel. En de componist? Mij lijkt het dat met de orkestrale kunde van Richard Strauss de Alpen beter tot hun recht komen dan in de bombastische beschrijvingen die de Oostenrijkse Alpenkenner Anton Bruckner er vaak aan geeft.

Noors schrijver Henrik Ibsen gedanst

In de opera van Oslo (wat een gebouw!) krijgen we een toneelstuk van Hendrik Ibsen te zien in een balletversie, ” De wilde eend”. Het is een verhaal over omgaan met familiegeheimen, over twee families die een drama van seksueel misbruik delen en hoe ze dat elk op hun manier proberen op te lossen. Zoeken naar de waarheid of blijven leven in de leugen. Over dit stuk lees ik ergens dat de waarheid te hard is om er mee te kunnen voortbestaan. De wanhopig geworden misbruikte vrouw maakt een eind aan haar leven. Dramatisch psychologisch realisme, hét kenmerk van Ibsens werk.

Geen Peer Gynt muziek schraagt dit ballet, maar eigentijdse elektronica én akoestische trompet van de Noorse componist Nils Petter Molvaer. Hij is naast saxofonist Jan Garbarek dé emblematische figuur van de Noorse jazzscene en bekend van het fameuze ECM-label. Het gaf het ballet een wonderlijke soundscape waarop al die lenige lijven van het balletcorps zich konden uitleven in de choreografie van Marit Moum Aune.

Franse opera met volledig Noorse cast

Dialogues des Carmélites” uit 1957 van Henri Poulenc heet een religieuze opera te zijn. Een verhaal over nonnen die tijdens het Schrikbewind van de Franse Révolutie werden afgeslacht. In de vijftiger jaren was religie nog prominent aanwezig in onze samenlevingen. Je zou je heden ten dage al vlug afvragen hoe het zelfgekozen martelaarschap van een stel vrouwen uit 1794 een onderwerp kan zijn voor een boeiende opera. Zelfs Poulenc twijfelde er aan of een opera zonder amoureuze plot een succes kon worden, maar gaandeweg krijgt dat verhaal je in zijn greep omdat het over elk van ons gaat, over keuzes maken en hoe ingrijpend die kunnen zijn in het leven. Het is één lange en bijwijlen indrukwekkende mijmering over angst voor de dood, dwingend ondersteund door die orkestrale kracht van Poulencs muziek.

Maar pas op. We zitten in Oslo en dat betekent weliswaar een gedegen operaorkest geleid door Yi-Chen Lin, (uit Taiwan, maar sinds haar achtste in Wenen opgegroeid) met een volledig Noorse cast. Dat stelt toch wel een probleem voor een Frans gezongen opera. Toch horen we een paar prachtige stemmen: de alt Randi Stene als Madam de Croissy (de stervende priorin) en de lyrische sopraan Mari Eriksmoen als Blanche. En dan was er dat verrukkelijk koor met een schitterend Ave Maria en Ave Verum, maar zeker in die laatste beklijvende Salve Regina, op weg naar het schavot. Een sobere enscenering in het eerste deel, ietwat overacted in het tweede deel. Eén scène steekt er met kop en schouder bovenuit: de sterfscene van de eerste priorin, Madame de Croissy. Huiveringwekkend, het is niet enkel een doodstrijd, maar ook een strijd om haar godsgeloof, in totale overgave of ontredderende gewetensnood? Haar karmelietessen kiezen voor de dood. Ze verliezen het leven, wat win je dan?

  • WAT: Richard Strauss, Träumerei am Kamin, Hoornconcert nr.2, Eine Alpensinfonie. Henrik Ibsen. De wilde eend, balletversie met muziek van Nils Petter Molvaer. Henri Poulenc, Dialogues des Carmélites
  • WIE: Oslo Symfonie Orkest l.v. Marc Albrecht met Stefan Dohr, hoornist Noors Opera en Ballet Gezelschap, balletregisseur Marit Moum Aune. Noorse Opera in een regie van Barrie Kosky, Noors Operaorkest o.l.v. Yi-Chen Lin. Met o.m. Mari Erksmoen, sopraan – Marita Solberg, sopraan – Randi Stene, alt,
  • WAAR: Konserthus en Opera van Oslo
  • WANNEER: resp. 11, 13 en 14 april 2024
  • FOTO’S: © Erik Berg, Marco Borggreve, Tore Sætre

Details:

Titel:

  • Muzikale trip naar overweldigend Oslo

Blijf op de hoogte

Elke donderdag sturen we een nieuwbrief met de meest recente berichten op onze website

– advertentie –

© 2024 klassiek-Centraal.be - Alle rechten voorbehouden.