Krachtige muziek
Leoš Janáčeks opera Jenufa is een aangrijpend meesterwerk. De opera ging in 1904 in première in het Nationaal Theater in Brno, zijn geboorteland Moravië, en is nu terecht zijn bekendste en meest gespeelde opera. Het gaat over de beperkte mogelijkheden van een vrouw in de beklemmende beslotenheid van een Moravische dorpsgemeenschap. Jenufa, de pleegdochter van de weduwe koster van het dorp, is buitenechtelijk zwanger van haar minnaar Steva. In het afgelegen dorp betekent dit schande of zelfs de dood, en daarom verdrinkt de kosteres het in het geheim geboren kind zonder dat Jenufa het weet. Verminkt door een mesaanval van Steva’s stiefbroer Laca, keert haar minnaar haar al snel de rug toe.
De Tsjechische componist heeft duidelijk vele jaren besteed aan het analyseren van de situatie van zijn personages. De opera die hij uiteindelijk voltooide is een vlammend visioen van menselijk lijden, maar ook van verlossing, waardoor het een bijzonder intense ervaring is die zijn weg heeft gevonden naar operapodia over de hele wereld. Janáček gebruikt de kracht van muziek om de emotionele structuren van zijn personages te visualiseren, wat vooral duidelijk is in de monologen van dit meesterwerk.
De LSO live-opname brengt een opmerkelijk overtuigende cast samen, waaronder Agneta Eichenholz met haar hartverscheurende vertolking van een kwetsbare jonge vrouw en Katarina Karnéus, die een pijnlijk krachtige Sexton neerzet. Als derde deel in de reeks Janácek-opera’s op LSOlive levert Sir Simon Rattle, chef-dirigent emeritus van het London Symphony Orchestra, opnieuw een Janáček-hoogtepunt af op het eigen label van het orkest, na de veelgeprezen opnamen van Katja Kabanowa (2024) en The Cunning Little Vixen (2020).