Na zijn eerste twee Arcana-albums te hebben gewijd aan Johann Sebastian Bach en George Frideric Händel, richt Francesco Corti zijn aandacht nu op Domenico Scarlatti, de derde grote klavierdichter van de generatie uit 1685. Voor deze opname heeft hij een groep sonates geselecteerd die in 1752 en 1753 zijn gekopieerd, strikt gerangschikt in paren. Het concentreert zich op werken uit dezelfde periode en toont het buitengewone vermogen van de componist om de grenzen van de sonatevorm te verleggen en uitgebreid te werken aan zijn thematisch materiaal. Instrumentale virtuositeit en een experimentele benadering van de klavecimbelklank gaan hand in hand met een verbazingwekkende formele vrijheid, gecombineerd met een speels gevoel voor structuur en verwachting. Corti heeft ervoor gekozen om deze sonates uit te voeren op een Humeau klavecimbel, een kopie van Italiaanse modellen (met dank aan Bertrand Cuiller), en om ze op te nemen in de Abdij van Royaumont.