Het op en top romantische drama gebaseerd op de briefroman van Goethe Die Leiden des jungen Werthers houdt Massenet al enkele jaren bezig voor hij ertoe komt er een opera op te componeren. De opera kent zijn première in Wenen in 1892 met de Belgische tenor Ernest Van Dijck in de titelrol. Massenet componeert een psychologisch liefdesdrama waarin de dwangmatige burgerlijke omgeving de liefde letterlijk vernielt.
Zwakke personenregie
Regisseur Fabrice Murgia situeert het verhaal tegelijk in de natuur en in het huis van de baljuw, vader van Charlotte, die voor het gezin zorgt en op het sterfbed van haar moeder als vrouw beloofd is aan Albert. Het kleine huis symboliseert als decor misschien de bekrompenheid van de omgeving, maar beperkt tegelijk vooral de emotionele impact van de personages. Geen enkel personage slaagt erin echt te ontroeren of aan te spreken, alsof ze er geen ademruimte voor hebben. Zelfs in vocale hoogtepunten, zoals Va, laisse couler mes larmes of Pourquoi me réveiller slagen de zangers er niet in triestheid of wanhoop te evoceren. De videobeelden die op de achterwand geprojecteerd worden en close-ups geven van de gezichtsuitdrukking, dragen er weinig toe bij en komen eerder over als een storende overtekening van het decor. De uitbreiding van het decor tot een eenvoudig natuurtafereel geeft wel een mooie en speelse uitdrukking aan de rol die de kinderen in het stuk spelen. De slotscène met de zelfmoord van Werther speelt zich af bij een half-vergane gevallen boomstronk, misschien een beeld voor de vergankelijkheid van wat een diepe liefde had kunnen zijn. Jammer genoeg moet ook daar bij de zangers de intensiteit het afleggen tegen het gekunstelde in de relatie tussen Charlotte en Werther.
Muzikaal verfijnd orkest
Arturo Chacon-Cruz heeft een wat te harde en vooral ongenuanceerde stem om de delicate romantiek of het verleidelijke timbre van Werther uit drukken. Soms slaagde hij er wel in passie in zijn vertolking te leggen, vooral in het derde bedrijf waar zijn mooie aria – de bekendste van de opera – Pourquoi me réveiller, uiteraard tot applaus leidde. Clémentine Margaine als Charlotte kwam al even neutraal en weinig geëngageerd over. Ze zong met heldere en gave stem, maar van haar vertolking ging weinig inleving uit, en de complexiteit van haar dilemma tussen plicht en liefde sprak nauwelijks aan. Een onderkoelde vertolking die vocaal wel op punt stond. Elena Galitskaya verdient wel een pluim voor haar levendige en mooie vertolking van Sophie. Ook het kinderkoor was fantastisch.
Giampaolo Bisanti haalde het beste uit zijn orkest. Hij heeft er mee voor gezorgd dat we tevreden de opera verlieten. Zowel de passionele passages als de verfijnde lyrische momenten heeft hij perfect vertaald in de instrumentale begeleiding van de stemmen. Er ging meer passie en tragiek uit van de orkestmuziek dan van de zangers. Ook de passages met de lage strijkers en de houtblazers droegen mee de uitvoering. Dank zij hem ervaarden we deze Werther als een meesterwerk van Jules Massenet.





















