De vioolsonates van Händel die hij in Londen componeerde, strekken zich uit van de bloeitijd van de Italiaanse operaproducties van de Royal Academy of Music tot zijn laatste Engelse oratoria. De oorspronkelijke doeleinden, contexten en uitvoerders van de sonates zijn onbekend: slechts een paar zijn bewaard gebleven in autograafmanuscripten, en het auteurschap en de instrumentatie van stukken die bewaard zijn gebleven in onbetrouwbare vroege gedrukte bronnen zijn een verwarrende puinhoop. Quartetto Vanvitelli bedenkt een verhaal dat de mogelijkheden van emoties, sonoriteiten en verbindende tonaliteiten onderzoekt die worden geboden door verschillende authentieke vioolsonates, een paar valse verkeerde toeschrijvingen, citaten van Giulio Cesare in Egitto (1724) en arrangementen van verschillende klavierstukken – een creatieve visie die is ontworpen om licht te breken door het prisma van Händels muziek.
