Dit 20·21 Festivalconcert in de Grote Aula van het Maria-Theresiacollege aan de KU Leuven zo’n titel geven klinkt wat denigrerend. Maar wat een “allegaartje” was dat wel. Het waren allemaal namen die veel respect inboezemen en zowel uit die 20e als die 21e eeuw komen, maar ook van een stuk vroeger. Zelfs Bach kreeg er zijn plaats. Het programma stak wel uitgebalanceerd in mekaar. Vijf delen met een proloog en een epiloog, als het ware gecomponeerd in spiegelbeeld zoals dat erg cerebrale stukje uit het Kammerkonzert van Alban Berg dat we te horen kregen. En in alle onderdelen was er plaats voor György Kurtág. Dan weet je wel waarover en over wie het hier zal gaan. Hommages groeiden bij hem uit tot een heus genre, lees je in het programmaboek. En zijn werken zaten geprangd tussen wat Duitse en Russische Romantiek, en we hebben het over Robert Schumann, Johannes Brahms en Pjotr Tsjaikovski, ook nog Frans en Russisch modernisme met Pierre Boulez en Igor Stravinsky en dan nog centraal, twee figuren uit de Tweede Weense school: Alban Berg en Arnold Schönberg.
En wie moest dat allemaal verklanken? Een gelegenheidsensemble. Geen allegaartje dit keer. Wat zijn we in Vlaanderen toch gezegend met een schare uitstekende vertolkers van 20e en 21e muziek, zonder daarbij iets te willen afdoen van de vele “oudere” meesters die ons zo vaak schitterende andere muziek brengen. We konden luisteren naar 25 korte, soms heel korte stukjes. En de opener kwam uit Kurtágs Kafka-Fragmente. “Es gibt ein Ziel, aber keinen Weg. Was wir Weg nennen, ist Zögern” zong bijna huiverend een frele Lore Binon met Pieter Jansen even schuchter op viool. Ook al is er een doel, wat wij een weg noemen is eigenlijk ons aarzelen om hem te nemen. Kort, krachtig en vooral prachtig.
Robert Schumann dan, uit Kreisleriana en zijn Davidsbündlertänze, met pianist Jan Michiels. Het eerste heftig, het andere als uit de verte. En je hoort dat in die aula alsof je bijna tussen die pianoklanken zit. En die laatste noot laten uitsterven, niet dempen. Jje oor probeert de stilte die komt op te vangen. En tussen beide Schumanns kreeg je een terechte hommage aan hem van Kurtág, geschreven voor klarinet, altviool en piano. Het eerste deeltje heet “Merkwaardige pirouetten”. Wat de drie muzikanten er samen uit halen is inderdaad merkwaardig en zo zorgvuldig gebracht. Meer dan bij een klassiek symfonisch concert leer je bij zo’n concert naar klanken luisteren: hoe een klarinet aangeblazen wordt, hoe een boog over de snaren strijkt. Met dank aan Kurtág én de geweldige klarinettist Emile Souvagie en altviolist Diede Verpoest en aan een pianist die mateloos vertrouwd is met het werk van die componist.
Volgen dan nog drie “hommagestukken” van Kurtág voor Pierre Boulez, Stravinsky en Tsjaikovski. Het is een verademing om eens iets anders te horen dan Bach, Mozart of Beethoven: geen schema’s, geen bekende patronen of voorspelbaarheid. Eenzame noten laten horen op zo’n indringende manier en dat live meemaken, het doet deugd. En is er structuur, dat wel, zoals bij het adagio van Alban Bergs Kammerkonzert, maar die is zo vernuftig geconstrueerd dat alleen musicologen die lezen of horen. Je kan op vele manieren naar muziek luisteren en niet iedereen hoort hetzelfde maar voor velen is dit toch een kennismaking met een ongekende, ongehoorde klankenwereld.
En tussendoor altijd weer die pianostukjes van Kurtág, Schumann, Brahms, én Bach, die laatste zelfs vierhandig met Inge Spinette erbij (wie anders!). Als afsluiter nog een dramatisch Kafka-fragment met Lore Binon en je denkt: het is het duo dat het concept uitdacht, – Jan Michiels en Pieter Bergé – toch weer gelukt om mensen, zij het aarzelend, op weg te zetten naar die soms moeilijk toegankelijke 20e- en 21e-eeuwse muziek. Conclusie: Luisteren is het enige wat daarbij helpt.
WAT: “Hommage à…” – György Kurtág, Robert Schumann, Pjotr Tsjaikovski, Pierre Boulez, Igor Stravinsky, Alban Berg, Arnold Schönberg, Johannes Brahms, Johann Sebastian Bach. In het kader van het Festival 20·21.
WIE: Pieter Jansen [viool], Diede Verpoest [altviool], Emile Souvagie, [klarinet], Lore Binon [sopraan], Jan Michiels en Inge Spinette [piano]
WAAR: Grote Aula Maria-Theresiacollege, KU Leuven
WANNEER: 10 oktober 2023