**** Toegegeven, de namen klinken vreemd en onbekend, maar hun muziek is daarom niet minder interessant. Wel integendeel. Als uw kennis van Finse muziek zich beperkt tot de naam Sibelius, kan deze cd met concerti van Tauno Marttinen (1912-2008) daar misschien verandering in brengen. Ontdek de Finse Brahms van de 20ste eeuw…Merkwaardig.
**** Toegegeven, de namen klinken vreemd en onbekend, maar hun muziek is daarom niet minder interessant. Wel integendeel. Als uw kennis van Finse muziek zich beperkt tot de naam Sibelius, kan deze cd met concerti van Tauno Marttinen (1912-2008) daar misschien verandering in brengen. Ontdek de Finse Brahms van de 20ste eeuw…Merkwaardig.
In de 17de en 18de eeuw maakte de Finse muziek nog deel uit van de Zweedse en Noord-Duitse muziek. Na de scheiding tussen Finland en Zweden en de annexatie door Rusland in 1809, nam de aandacht voor de eigen folklore toe. In de loop van de 19de eeuw kwam de Finse kunstmuziek dan ook volop tot ontwikkeling. Pentatonische, tetrachordische melodieën van Sami (wij kennen hen als Lappen), verwant aan de improvisatorische volksmuziek van de Noord-Amerikaanse Inuit, en volksmuziek met runenmelodieën, begeleid op de kantele (Finse citer) bij verhalen uit de Kalevala, werden een voorbeeld voor de spirituele inhoud van muzikale motieven en thema’s/melodieën in krachtige orkestmuziek met een authentieke, archaïsche, massieve en monolitische klank. Indrukwekkend. De componisten maakten zich los van Duitse en Slavische invloeden en lieten zich inspireren door de natuurpracht van het land en de epische volksverhalen.
In de 18de eeuw werden openbare concerten in Turku georganiseerd en componeerde de violist en cellist Erik Tulindberg (1761-1814), de Finse Mozart, zijn zes beroemde strijkkwartetten. Na de annexatie door tsaristisch Rusland, werden steden als Viipuri en Helsinki culturele centra en werd opera zeer populair. De eerste Finse opera werd in 1852 weliswaar nog gecomponeerd door de Duitse componist Fredrik Pacius maar Pacius componeerde dan toch ook maar ‘Maamme-Vårt land’, het Fins nationaal volkslied en stichtte in 1838 de ‘Akademiska Sångföreningen’, het oudste nog actieve koor in Finland. In 1874 werd de Vereniging voor cultuur en onderwijs (“Kansanvalistusseura”) opgericht die leidde in 1881 tot het “Jyväskylä festival”. Het festival bestaat nog steeds. In 1883 werd dan in Helsinki het Universiteitskoor (‘Ylioppilaskunnan Laulajat’) opgericht als een van de weinige koren die toen in het Fins zongen in een overwegend Zweeds sprekend land. In hetzelfde jaar richtte dirigent Robert Kajanus het Helsinki Philharmonisch Orkest op en richtte Martin Wegelius de muziekacademie op die we nu kennen als de Sibelius Academie. In de jaren ‘90 verspreidde het Finse nationalisme zich, gebaseerd op de Kalevala en Jean Sibelius werd beroemd voor zijn indrukwekkende, vocale symfonie “Kullervo”. Hij bestudeerde de volksmuziek van Karelië en componeerde in 1899 het geniale ‘Finlandia’. Heino Kaski componeerde vervolgens kamermuziek, Erkki Melartin componeerde zes symfonieën en Yrjö Kilpinen, Leevi Madetoja en Toivo Kuula componeerden liederen. Componisten als Lauri Hämäläinen, Jean Sibelius en Selim Palmgren, de violist Toivo Kuula, Armas Järnefelt (schoonbroer van Sibelius), Leevi Madetoja en Oskar Merikanto (leerling van Hämäläinen) werden in de 20ste eeuw opgevolgd door Erik Valdemar Bergman, Magnus Lindberg, Kalevi Aho, Kaija Saariaho of Einojuhani Rautavaara. Uuno Klami, Leif Segerstam (wereldrecordhouder van het aantal symfonieën!), Esa-Pekka Salonen en recent, de jonge Santtu-Matias Rouvali, gaven als dirigenten de Finse muziek en vooral de Finse symfonieën internationale bekendheid.
Oude en nieuwe muziek
Finland heeft een zeer levendige klassieke muziek wereld. Het heeft veel componisten en een groot aantal grote en ook componerende dirigenten als Mikko Franck, Jukka-Pekka Saraste, Susanna Malkki of Sakari Oramo. Veel Finse zangers en instrumentalisten hebben internationaal succes. Onder hen de operazangers Martti Talvela (ooit een legendarische Fasolt), Karita Mattila, Matti Salminen, Soile Isokoski en Topi Lehtipuu, de pianisten Ralf Gothoni, Olli Mustonen en Paavali Jumppanen, de klarinettist Kari Kriikku en de violist Pekka Kuusisto. Vrijwel alle prominente Finse musici combineren klassieke met hedendaagse kunstmuziek, sommigen zijn ook jazz musici en de oude en nieuwe muziek worden niet van elkaar gescheiden. De opening van de nieuwe Finse Nationale Opera in 1993 en de nieuwe Helsingin Musiikkitalo in 2011 versterkte de positie van de klassieke muziek in de nationale infrastructuur. Het orkestraal netwerk in Finland is waarschijnlijk proportioneel het dichtste in de wereld, met 30 orkesten behorend tot de Vereniging van Finse symfonieorkesten.
Aino Ackte en andere vooraanstaande operazangers richtten in 1911 de Finse Opera op en Ackte startte in 1912 met een festival in Savonlinna als voorloper van het Savonlinna Opera Festival van de jaren ‘60, net voor de Finse opera beroemd werd in de jaren ‘70. Leevi Madetoja ’s opera ‘Pohjalaisia’ uit 1924 , een allegorie over de Russische onderdrukking tijdens de voorgaande decennia, werd weliswaar reeds populair tijdens de jaren ‘20. In die tijd componeerde Aarre Merikanto de opera ‘Juha’ op een libretto van Aino Ackte, die de muziek verwierp waarop Leevi Madetoja dan maar een andere versie componeerde. Merikanto’s “Juha” werd voor het eerst opgevoerd in 1958, en wordt tegenwoordig alom beschouwd als een onderschat meesterwerk. Met ‘De Ruiter’ en ‘De Rode Lijn’ van Aulis Sallinen begon een nieuwe golf van Finse opera’s in de jaren ’70 en naast de opera’s van Sallinen droeg de opera ‘De Laatste verzoekingen’ van Joonas Kokkonen sterk bij tot de nieuwe heropleving van de Finse opera. Meer recente grote opera’s van Finse componisten zijn onder meer de elektro-akoestische opera’s ‘L’Amour de loin’, ‘Adriana Mater’ en ‘Lonh’ van de componiste Kaija Saariaho (°1952), gebaseerd op een gedicht van de troubadour Jaufré Rudel, beide laatste op een libretto van de beroemde Libanees-Franse auteur Amin Maalouf, en “Isan tyttö” (‘Daddy’s Girl’) van Olli Kortekangas (°1955).
Modernistische beweging & Postmodernisme
De eerste golf van post- klassieke muziek in Finland kwam in de jaren ‘20 met de jonge modernisten Aarre Merikanto, Väinö Raitio en Sulho Ranta. Deze beweging werd echter geremd door de groeiende nationalistische tendens in de kunst voor de Tweede Wereldoorlog. In de jaren ‘40 wonnen Erik Bergman en Joonas Kokkonen aan populariteit en voegden belangrijke technische innovaties toe aan de Finse muziek. Een nieuwe generatie Finse componisten participeerde aan het modernisme, zoals Einojuhani Rautavaara en Usko Meriläinen, terwijl de neoklassieke stijl zijn stem vond in de muziek van Einar Englund. De jaren ‘50 zagen een toename van internationale aandacht voor de Finse muziek , wat al snel hielp om de Finse muziek verder te moderniseren. Het resultaat waren de composities van Esa-Pekka Salonen, Eero Hämeenniemi, Kaija Saariaho, Magnus Lindberg en Jouni Kaipainen. De componisten die zich groepeerden onder de naam ‘Oren open!’, volgden de lijn van Pierre Boulez en Karlheinz Stockhausen, maar toonden ook belangstelling voor de naoorlogse, Poolse componisten als Witold Lutoslawski. ‘Oren open!’ werd in 1983 gevolgd door de vorming van Avanti! Chamber Orchestra, dat een fijn platform bood aan componisten en instrumentalisten die nieuwe werken en vernieuwende stromingen in Finland wilden introduceren. In de 21ste eeuw is de modernistische beweging enigszins afgenomen maar nog steeds vertegenwoordigd door componisten als Veli – Matti Puumala en Lotta Wennäkoski. Juhani Nuorvala is een eerder zeldzame minimalist, terwijl Osmo Tapio Räihälä en Sebastian Fagerlund meer neigen naar het postmodernisme.
“Tauno Marttisen Kunniaksi”
Tauno Marttinen werd geboren in Helsinki en was van 1920 tot 1925 leerling aan het Viipuri Muziek Instituut. Viipuri is vandaag het Russische Vyborg aan de Finse Golf. Hij begon als barpianist, arrangeerde tango’s en studeerde piano van 1930 tot 1935 bij Eino Lindholm en compositie bij Peter Akimoff. Van 1935 tot 1937 studeerde hij piano aan de Sibelius-Akademie van Helsinki bij Ilmari Hannikainen en Selim Palmgren. Ten slotte studeerde hij in het Zwitserse Ascona, dodecafonie bij Wladimir Vogel, zelf leerling geweest van Skrjabin en Busoni. De weerslag van deze studie beluisteren we trouwens in zijn eerste twee symfonieën en in zijn Vioolconcerto, opgenomen op deze cd. In de jaren ’50 was hij koorleider en dirigent van het Stedelijk Orkest van Hämeenlinna (het Zweedse Tavastehus van weleer) en was er van 1950 tot 1975 directeur van het door hem opgerichte muziekinstituut. Tijdens de jaren ‘50 schreef hij ook als recensent voor het dagblad “Hämeen Sanomat” onder het pseudoniem T.M. en Tritonus. Hij componeerde tien symfonieën, twintig opera’s, zeven balletten (zijn vrouw Ilmi was balletdocente aan de muziekschool in Hämeenlinna), concerti, werken voor harmonieorkest, orgelmuziek en kamermuziek, een kleine honderd sololiederen en veel koormuziek. Als componist begon Marttinen in de dodecafonische stijl maar vond niet lang daarna zijn toevlucht in een neo tonaal klankidioom. In 2009 heeft fagottist en musicoloog Dirk Meijer die de tekst schreef in het bijhorend boekje van deze cd een catalogus van zijn werken opgesteld (MV-Meijer Verzeichnis). In 1997 werd een stichting in het leven geroepen: “Tauno Marttisen Kunniaksi” (ter ere van Tauno Marttinen), met Leeuwarden als domicilie.
20ste eeuwse Brahms
U kan zich geen groter contrast voorstellen dan tussen zijn Vioolconcerto en zijn eerste Pianoconcerto, zijn ‘Concerto Classico’. Waar het eerste werk uit 1962 nog gekunsteld dodecafonisch klonk, klonk zijn twee jaar later gecomponeerd ‘Concerto Classico’ als een 20ste eeuwse Brahms, post modern, romantisch en neo tonaal in het vertrouwd klankidioom van een 19de eeuws concerto. Iets wat we ook beluisteren in zijn Fantasie voor cello en orkest, eigenlijk zijn derde Celloconcerto, uit 1964, maar pas ontdekt in 1978. Een heuse meerwaarde van deze cd is dat de Franse violist Philippe Graffin (°1964) een Venetiaanse ‘Domenico Busan’ uit 1730 bespeelt en dat cellist (suomalainen sellisti) Marko Ylönen (°1966), een Oostenrijkse ‘David Tecchler’ uit 1707 bespeelt, een instrument dat eigendom is van de Finse Cultuur Stichting. Pianist Ralph van Raat (°1978) die hedendaagse pianomuziek aan het Utrechts Conservatorium en aan het Conservatorium van Amsterdam doceert, is dan weer officieel ‘Steinway Artist’.