Met deze korte recensie is het (on)gewild reclame maken voor een unieke ervaring. Het stuk speelt nog enkele dagen. Twijfel niet, koop vlug nog een ticket! Voor mij zat alles en iedereen op zijn plaats. Pas op de treinrit huiswaarts verdween me de brok in de keel.
Zondag 1 maart, ergens tussen 16 en 17 uur wandel ik van de Munt naar het station. In mijn hoofd zindert de waanzin van ‘Jakob Lenz’ nog na. De gelijknamige Opera van Wolfgang Rihm (°1952) sloeg een diabolisch akkoord aan dat mij nog deed natrillen als de snaren van een cello in reine stemming. Boventonen van ervaring en emotie klonken na door de ge-esthetiseerde waanzin van Jacob Lenz (Georg Nigl), de goedmoedigheid van Oberlin, een dominee (Henry Waddington) en de goedbedoelende gedecideerdheid van Kaufmann (John Graham-Hall), de apothekersassistent/schrijver.
Het geheel is een tijdloze weergave van de menselijke verwarring die zich in de psychose nog het sterkst manifesteert. Lenz, een historisch figuur, schrijver en dichter uit de tijd van Mozart, lijdt aan het leven. De mislukte liefde met Frederieke (een ex lief van Goethe) en de moeilijke relatie met God verteren zijn ziel. Zijn ‘stemmen’ betoveren de realiteit en rekken ze uit. Het onbewuste verschijnt hier letterlijk als de anderen (de mensen) die alles lijken te weten en het ongevraagd de mens toespelen.
De muziek van Rihm op het libretto van Michael Fröhling verklankt de waanzin treffend. De toeschouwer wordt meegenomen doorheen de vertwijfeling, hoop en angst van Lenz terwijl de meer lucide momenten van de arme man even soelaas brengen. De muzikale taal van Rihm is indrukwekkend en verrassend toegankelijk. De verschrikkelijk saaie reeksen van de Boulez en Stockhausen liet hij achter voor een nieuwe vormtaal (lees hierover ook Vertoog en paardenhaar: een associatieve roes).
De vertolkingen zijn schitterend en vooral de prestatie van Georg Nigl was knap. Andrea Breth regisseerde het stuk als bijzondere een inkijk in de waanzin als een metafoor van de verwarring van elk menselijke leven. De enscenering geeft net genoeg afstand om niet te vervallen in een soort van emo-opera of gevalstudie zonder aan de tragiek van het individu voorbij te gaan. Franck Ollu leidde zangers en het kamerorkest van de Munt naar een voortreffelijke en indrukwekkende vertolking.
Jacob Lenz is één van de grote opera’s van vorige eeuw. Je hoort het Georg Nigl zeggen in een filmpje : deze Rihm staat in het rijtje van de groten: Monteverdi, Bach en Mozart “and this is no joke!” Inderdaad, het is echt zo.