Nominatie Gouden Label – Het label Christophorus doet zichzelf opnieuw alle eer aan met de uitgave van adembenemend, mooie liederen voor solozang/samenzang en continuo uit één van de gruwelijkste perioden van de geschiedenis van Noord-Duitsland.
Nominatie Gouden Label – Het label Christophorus doet zichzelf opnieuw alle eer aan met de uitgave van adembenemend, mooie liederen voor solozang/samenzang en continuo uit één van de gruwelijkste perioden van de geschiedenis van Noord-Duitsland.
Ist rüstig, hilft, geschwind, drum hat man mir gegeben
den nahmen Rüstig auch: Es ist mein freyer mut
Dahin gerichtet nur, ein recht Gotseligs leben
Zu lehren iederman, wie man auf seiner hut
Sol fleissig sein, und stets dem argen widerstreben
Das ists des man bedarf, wil man fruchtbringend sein
Und gehen, wan Gott ruft, Zum freudenleben ein
(Johann Rist)
Christophorus
Christophorus draagt een breed muzikaal programma en is het oudste Duitse platenlabel dat zich concentreert op gewijde muziek, met bijzondere nadruk op onbekend repertoire en historische interpretatie. Gregoriaans, muziek uit de renaissance, religieuze vocale werken, muziek van de christelijke kerken en de gezangen van Taizé zijn vertegenwoordigd in haar catalogus. Op dit gebied wordt Christophorus erkend als een van de belangrijkste onafhankelijke labels op de internationale markt.
Op de 350ste verjaardag van het jaar van zijn dood, herdenkt Christophorus de Hamburgse kerkmuziekdirecteur Thomas Selle (1599-1663) met een cd volledig gewijd aan zijn vroeg werk. Tussen zijn 25ste en zijn 35ste, bekleedde Selle aanvankelijk kleinere posten in de regio Dithmarschen in Heide, Wesselburen en Itzehoe alvorens hij als muziekdirecteur van de belangrijkste kerken van Hamburg, de hoogste en belangrijke positie in Noord-Duitsland bekleedde.
Thomas Selle
Selle werd onder Thomascantor Sethus Calvisius (eigenl. Seth Kalwitz (1556–1615) en Johann Hermann Schein (1586–1630) opgeleid in Leipzig. In 1624 trok hij naar het noorden waar hij begon les te geven aan de school in Heide (in Holstein-Dithmarschen, met het museum over de familie Brahms en waar in 1970 de jugendlicher Heldentenor Klaus Florian Vogt (Lohengrin, weet u nog?) geboren werd). In 1625 werd hij rector en directeur van de kerkmuziek in Wesselburen, de stad van de dichter en toneelauteur Christian Friedrich Hebbel (1813–1863). Vanaf 1634 was Selle cantor in Itzehoe en vanaf 1641 cantor van het Johanneum en muziekdirecteur van de vier belangrijkste kerken in Hamburg.
Onder de titel “Opera omnia”, liet hij de stad Hamburg zijn hele muzikale erfenis na: 16 stemboeken en 3 Tabulaturbänden (afschriften) van de meeste van zijn sacrale werken. Deze worden bewaard in de Universiteitsbibliotheek van Hamburg.
Gedichten van Johann Rist
Selle toonzette veel gedichten van Johann Rist (1607-1667), de dichter van de “Neue Musikalische Fest-Andachten” (1655) en van de “Neue Musikalische Katechismus-Andachten” (1656) als generalbassbegleitete Sololieder. “Generalbass” is het Duitse woord voor becijferde bas. Voor de vieringen van het liturgisch jaar componeerde hij musikalischen Historien (getoonzette Evangelieverhalen in responsoriale zangstijl) en het Passieverhaal (Passionsbericht) naar het evangelie van Johannes. Hij was ook de componist van het adventslied „Auf, auf, ihr Christen alle“ op tekst van Rist.
Auf, auf, ihr Christen alle,
eur König kommt heran!
Empfanget ihn mit Schalle,
den großen Wundermann.
Ihr Christen, geht herfür,
laßt uns vor allen Dingen
ihm Hosianna singen
mit heiliger Begier.
Selle was van groot belang voor de vroege geschiedenis van het Duitse lied en leverde met zijn Historien en Intermedien, een grote bijdrage tot de geschiedenis van het Passie-oratorium.
Ensemble Metamorfosi
Ondanks de Dertigjarige Oorlog (1618-1648) publiceerde hij tijdens zijn vroege jaren elf collecties met werken van verschillende genres. Uit dit uitgebreid compendium selecteerde de Hamburgse musicus en musicologe Monika Mandelartz 19 liederen, die ze met haar Ensemble Metamorfosi op deze cd introduceert. De selectie geeft een volledig, bijna documentarisch beeld van de componist en de leefomstandigheden in Dithmarschen. Het geestelijke staat naast het seculiere, het amoureuze naast het aardse, het academische leven naast het sociale. En dit gecomponeerd in de nieuwste manier, de net opkomende basso continuostijl en de Italiaanse seconda prattica, in de geest van de Gabrieli’s.
CD
De composities op deze cd werden gecomponeerd tussen 1624 en 1639. De eerste twee composities zijn gelegenheidswerken: de Hochzeitsmusik für Heinrich Rosenbom en Anna Sagers, gecomponeerd in Heide in 1632, en het Trostlied für Johann Jacob Crusio, gecomponeerd in 1639 in Itzehoe. Monika Mandelartz koos verder geestelijke liederen uit de bundel “Concertuum binus vocibus ad bassum continuum concinendorum decas” uit 1634 en uit zijn “Concertuum trivocalium germanico sacrorum pentas”, uit 1635. Ze koos het geestelijk lied “A Domino factum est” uit één van zijn bundels “Concertuum Latino-Sacrorum 2.4. et 5. Vocibus ad Bassum Continuum” en de selectie Liefdesliederen komen uit Selle’s “Concertatio castalidum, a 3” (1624), “Deliciae pastorum arcadiae, 10 Pastorellen, a 3” (1624), “Deliciarum juvenilium decas harmonica-bivocalis, 2vv, bc” (1634), “Amorum musicalium … decas I, a 3” (1635) en uit “Monophonetica, hoc est, Allerhand lustige … Liedlein, 1v, bc” (1636). Het ensemble Metamorfosi wordt gevormd door Gabriele Nogalski gamba en violone, Eckart Kuper, klavecimbel en orgel, Lara Kröger harp en Monika Mandelartz harp, blokfluit en orgel. Alleen al voor de uitvoering van het soldatenlied “Beso las manos” (Track 3) mag deze cd niet ontbreken in uw collectie. De zang op deze cd beantwoordt volledig aan de boodschap van het achtste en laatste vers van het eerder geciteerd adventslied
Nun, Herr, du gibst uns reichlich,
wirst selbst doch arm und schwach,
du liebest unvergleichlich,
du gehst den Sündern nach.
Drum wolln wir all in ein
die Stimmen hoch erschwingen,
dir Hosianna singen
und ewig dankbar sein.