De Opéra Royal de Wallonie haalde met Mignon van Ambroise Thomas een pareltje van de Franse negentiende-eeuwse opera van onder het stof. Pareltje is misschien met een korreltje zout te nemen, want afgezien van enkele prachtige aria’s en heerlijke melodieën, heeft de opera niet echt een meeslepend verhaal. Maar de Opéra Royal de Wallonie heeft dus wel degelijk op de sterkte van het werk ingezet en met succes.
Ambroise Thomas (1811-1896) kiest zijn inspiratiebronnen voor zijn opera’s vooral uit de grote literatuur, zoals Shakespeare en in dit geval Goethe. Zijn bekendst gebleven opera is waarschijnlijk Hamlet en samen met Mignon vestigt dit werk definitief Thomas’ reputatie in Frankrijk en vindt hij ook internationaal weerklank. Mignon is tijdens zijn leven meer dan duizend keer opgevoerd. De populariteit van de romantische Goethe-roman Wilhelm Meisters Lehrjahre heeft daar zeker mee te maken. In de Parijse operawereld moet Thomas zich waarmaken naast componisten als Auber, Meyerbeer, Gounod en Donizetti. In 1871 wordt hij directeur van het Parijse conservatorium.
Mysterieuze Mignon
Mignon is een wonderlijk figuur uit Goethes Bildungsroman Wilhelm Meisters Lehrjahre. Haar afkomst is onbekend en ze trekt de wereld rond met de Harfner, de harpspeler en zanger van wie ze misschien de incestueuze dochter is. Geheimzinnigheid karakteriseert haar frêle verschijning, naast verlangen naar geborgenheid en liefde, de zo typische Sehnsucht van de Duitse romantiek. Zo kennen we haar uit de geniale liederen van Franz Schubert, Robert Schumann en Hugo Wolf. In de opera van Ambroise Thomas raakt ze verwikkeld in een driehoeksverhouding met Philine en Wilhelm Meister. Door het redden van Mignon uit de klauwen van Jarno, de chef van een reizend toneelgezelschap, ontwaken in Wilhelm gevoelens voor het tedere en onvatbare wezen Mignon. Maar ook Philine is verliefd op hem en wordt razend jaloers. Zo wordt de opera een toonbeeld van melodieuze rivaliteit, drijvend op passie, tederheid, wanhoop en ontgoocheling, meesterlijk vertolkt door twee zangeressen, die er de ideale verpersoonlijking van zijn, sopraan Jodie Devos en mezzo Stéphanie d’Oustrac.
Theater in theater
Vincent Boussard heeft gekozen voor een regie die theater in het theater voorstelt. Een logische keuze aangezien Philine een actrice is en Mignon in de opera ook haar intrede doet als lid van een rondtrekkend zigeunergezelschap, waar ze wil aan ontsnappen. Er werd ook gekozen voor het trieste slot, waarbij Mignon op het einde sterft. De achtergrond van het decor wordt gevormd door een gefotografeerde theaterzaal, waar ook het koor zijn plaats krijgt. Het eigenlijke verhaal speelt zich af op het plateau op de voorgrond, afgebakend door een lichtkader, wat een mooi esthetisch effect geeft. Spelen met een toneelgordijn, vervolledigt die illusie van toneel in het toneel. De belichting accentueert de evocatie van de diverse scènes, bij voorbeeld de brand van het theater of het paleis Cipriani in het derde bedrijf. De goed gekozen rekwisieten (kaptafel, theaterkostuums, fauteuil, kandelaber enz) vormen de eenvoudige omkadering om de juiste sfeer te scheppen.
Theatrale reis
De ‘theatrale reis van een emotionele initiatie’ (citaat Vincent Boussard) krijgt hier ook emotionele muzikale rijkdom van het orkest maar zeker van de zangers. Interessant is ook dat gekozen is voor de opéra comique versie uit 1866 met afwisseling van dialogen. Met een cast met perfecte Franse dictie en tekstgevoeligheid natuurlijk geen probleem! De ouverture schept al een sfeer van spanning en sentimentaliteit met de opvallende harpklanken, die in het tweede bedrijf zo mooi de ontmoeting tussen de vaderlijke Lothario en Mignon begeleiden. Frédéric Chaslin inspireert het orkest tot gevoeligheid en nuancering.
Voor de muzikale hoogtepunten zorgen uiteraard de twee fantastische zangeressen Jodie Devos als Philine en Stéphanie d’Oustrac als Mignon. Jodie Devos ontpopt zich als de zelfbewuste en jaloerse actrice-diva. De overtuiging van haar spel krijgt een parallel in haar vocale kunst: ze zingt met een fenomenale sierlijke stem die de hoogste regionen moeiteloos haalt en die culmineert in haar grote coloratuur-aria in het derde bedrijf “Je suis Titania la blonde”, zowat het bekendste fragment uit de opera. Zonder enige aarzeling vloeien de coloraturen terwijl Jodie Devos haar triomfantelijk personage neerzet.Stéphanie d’Oustrac verpersoonlijkt een kwetsbare maar bij momenten ook vastberaden Mignon. Ze speelt alsof het personage haar op het lijf geschreven is. Geholpen door de goed getypeerde kledij is ze nu eens de dromerige vrouw die hoopt op een geïdealiseerde liefde, dan weer de eenvoudige zwerfster die vecht met ontgoocheling. Wat een vertolking! Ook vocaal overtuigt ze van bij haar eerste aria “Connais-tu le pays”. Als Mignon verenigt ze lyrische gevoeligheid en dramatische inleving. Een puur talent.
Philippe Talbot moet niet onderdoen voor zijn dames met zijn kleurrijke en wendbare tenorstem en ook de andere vertolkers vervolledigen een zorgzaam bij elkaar gebrachte cast met toch nog een aparte vermelding voor de empathische Lothario van de bas Jean Teitgen. Een voorstelling die een mooie ervaring maakt van deze wat vergeten opera van Ambroise Thomas, dank zij de delicate uitwerking en vooral de onvergetelijke vertolking.
WAT: Mignon (1866), Ambroise Thomas
WAAR: Opéra Royal de Wallonie – Luik
WANNEER: 03/04/2022
Wie: Frédéric Chaslin [dirigent], Vincent Boussard [regisseur],
Stéphanie d’Oustrac, Philippe Talbot, Jodie Devos, Jean Teitgen
Koor en orkest Opéra Royal de Wallonie Liège
FOTO’s: J Berger – ORW Liege
Nog voorstellingen op 7 & 9 april – https://operaliege.be