**** Na hun recente opname van alle Beethoven symfonieën vinden Philippe Herreweghe en deFilharmonie elkaar opnieuw op het PentaTone Classics label. De ambities worden daarbij allerminst teruggeschroefd, want op het programma staat de belangrijkste tijdgenoot van Beethoven met het monumentale sluitstuk van diens symfonische oeuvre: de 'Grote symfonie' in C (D. 944) van Franz Schubert (1797-1828), opgenomen in de Koningin Elisabethzaal te Antwerpen (juli 2010).
**** Na hun recente opname van alle Beethoven symfonieën vinden Philippe Herreweghe en deFilharmonie elkaar opnieuw op het PentaTone Classics label. De ambities worden daarbij allerminst teruggeschroefd, want op het programma staat de belangrijkste tijdgenoot van Beethoven met het monumentale sluitstuk van diens symfonische oeuvre: de 'Grote symfonie' in C (D. 944) van Franz Schubert (1797-1828), opgenomen in de Koningin Elisabethzaal te Antwerpen (juli 2010).
In tegenstelling tot zijn grote voorbeeld konden de symfonieën van het Wonder van Wenen op weinig bijval rekenen bij het Weense muziekestablishment. Goeddeels onverschillig voor 's mans noeste arbeid werd geen enkele van Schuberts orkestwerken nog tijdens zijn leven gepubliceerd. Uitgevers vonden zijn orkestmuziek “schwierig und schwülstig”, en gaven het daarom nauwelijks aandacht. Dat oordeel is deels terecht. Schuberts 9de bevat talrijke aartsmoeilijke passages, met als absolute climax de razendsnelle vierde beweging die van de strijkers het uiterste vergt. In zijn laatste levensjaar besloot de prestigieuze Gesellshaft der Musikfreunde de symfonie uiteindelijk toch niet te programmeren wegens te moeilijk. Meer nog: op een eerste uitvoering was het wachten tot meer dan tien jaar na zijn dood, toen ene Robert Schumann de symfonie ontdekte tijdens een bezoek aan Schuberts broer Ferdinand. Schumann, gefascineerd door het grootse opzet, overtuigde zijn goede vriend Felix Mendelssohn die uiteindelijk samen met het Gewandhausorchester de première voor zijn rekening nam in Leipzig (21 maart 1839).
Vandaag is er geen enkele twijfel meer over de artistieke kwaliteit van deze symfonie. Over de nummering van Schuberts symfonieën evenmin, al heeft de precieze plaatsbepaling binnen diens oeuvre menig musicoloog een pak hoofdbrekers bezorgd. In het cd-boekje wordt dit amusante relaas uit de doeken gedaan door Tom Janssens, assistent artistieke planning en dramaturg van deFilharmonie. Jammer dat we zijn tekst enkel in Engelse, Duitse en Franse vertaling te lezen krijgen. Het is onbegrijpelijk dat de originele, Nederlandse versie niet werd weerhouden. Maar het is natuurlijk op de eerste plaats de muziek die om een beoordeling vraagt, en die is bij Herreweghe hoorbaar in goede handen.
Zonder te overweldigen, wordt het openingsdeel met de toepasselijke grandeur en energie neergezet. De overgang van het wandeltempo van de sfeervolle andante inzet van de symfonie naar de dynamiek en het grotere gebaar van het allegro ma non troppo verloopt opmerkelijk naturel. Piano en fortepassages worden zeer vlot met elkaar afgewisseld en de expositie wordt herhaald. Dit klinkt allesbehalve bombastisch (schwülstig), maar is daarentegen een gepaste ode aan de Schubertiaanse charme zo typerend voor diens uitgesponnen melodieën. Hemelse lengte in het kwadraat dus. Het tempo waarmee vervolgens het andante con moto wordt aangesneden, is modern, en in die zin een flink stuk sneller dan vele oudere opnames. De weeklacht houdt het goede midden tussen melancholisch drama en ingetogen pathos. De blazers zijn prominent in het klankbeeld aanwezig doordat zij nooit door de ingeperkte strijkers worden overstemd. Het frisse scherzo wordt helder en met de nodige passie gebracht. De overgang naar het trio verloopt met enige aarzeling, maar eens op gang veredelen het zingende ritme en de articulatie wat eigenlijk volkse balmuziek is. Het ontzaglijke allegro vivace slotdeel ten slotte breit een majestueuze finale en lange climax aan de symfonie. Net als in de eerste beweging wordt de expositie hernomen. Ondanks de grootsheid blijft het orkest lichtvoetig en de aanpak doortastend.
Opnametechnisch is deze SACD van een bevredigend niveau, maar toch is de klankkwaliteit van deze nieuwe telg in het gild van de super audio cd's niet van dien aard om het prijsverschil met een gewone cd te rechtvaardigen. Gelukkig beschikt deze uitvoering over meer dan voldoende andere troeven om de luisteraar een uur lang te boeien.