**** Een zoveelste Die schöne Müllerin van Schubert, kan je denken bij deze nieuwe opname door bariton Bo Skovhus en pianist Stefan Vladar. Ja, maar een die dan toch wel haar plaats in de discografie ruimschoots verdient. Bo Skovhus is en blijft een fantastisch vertolker en Stefan Vladar haalt de juiste sfeer uit de toetsen.
Die schöne Müllerin is de eerste kennismaking van Schubert met de gedichten van Wilhelm Müller. Alle thema’s die in Müllers liederen sleutelbegrippen zijn, zitten erin: afgewezen liefde, de pijn van de liefde, het zwerven, de toevlucht in de natuur, de dood. De molenaarsknecht ervaart het geluk van de liefde en de dodelijke pijn van de afwijzing. Verliefd op de molenaarsdochter stapt hij door de natuur. De jager is zijn rivaal, die hem van zijn geliefde berooft. De beek neemt deel aan wat hem overkomt, als een soort alter ego: eerst vrolijk en zwijgend, nadien troostend in de dialoog van het voorlaatste lied en ten slotte als plaats van laatste rust.
Bo Skovhus, die ondertussen midden vijftig is en de cyclus voor een tweede keer opneemt, zingt met zijn mooie heldere baritonstem die in de intonatie nog steeds over de perfecte flexibiliteit beschikt. Bovendien is zijn articulatie uitstekend. Hij zet de cyclus in met sterke accenten op bepaalde woorden en lettergrepen (Wasser, Rädern) zodat het aanvankelijk overkomt alsof hij de fatale afloop al van bij de inzet bepaalt. Maar op het einde van het eerste lied krijgt “Wandern” zo’n zachte intonatie dat het als soelaas klinkt. Dan maakt de zanger, die perfect de woord- en acteerkunst beheerst, van elk lied een aangrijpende fase in de evolutie van de molenaarsknecht. Skovhus stapt in één lange tocht naar het fatale einde, waarbij de gemoedstoestand wisselt tussen obsessioneel verlangen naar liefde, troost in het stappen, felle jaloezie. Het contrast tussen emotionele uitbarstingen (Am Feierabend, Eifersucht und Stolz) en pijnlijke onzekerheid geeft Skovhus expressie met de oprechtheid van de perfecte acteur die liedkunst beschouwt als het vertellen van een verhaal, van zijn verhaal. Het aanspreken van het beekje “Sag Bächlein, liebt sie mich” op het einde van Der Neugierige is hartverscheurend.
Zijn pianopartner Stefan Vladar volgt subtiel de zanger in elke momentopname, beklemtoont de sfeerschepping of zorgt voor commentaar. Het lied-duo neemt je mee op een tocht van liefde en ontgoocheling, die zoals steeds bij Schubert catastrofaal afloopt. Een cd die beslist doet uitkijken naar het vervolg van hun samenwerking in de twee andere Schubert-cycli.
- WAT: Franz Schubert (1797-1828) | Die schöne Müllerin (D 795)
- WIE: Bo Skovhus (bariton) en Stefan Vladar (piano)
- UITGAVE: Capriccio C5290