Jan Vandenhouwe, de artistiek directeur van Opera Ballet Vlaanderen werkt niet alleen rond opera en ballet/dans, maar introduceerde ook ‘VONK’, een meerstemmig platform voor artistiek experiment rond kunsteducatie en inclusiviteit, nu de derde pijler van het operahuis. Dit behelst alles wat door Opera Ballet Vlaanderen wordt gecreëerd rond educatie, innovatie en talent-ondersteuning. Hij wil die drie pijlers meer integreren zodat van die drie groepen één consistent geheel wordt gemaakt. Een hybride organisatie waar heel veel interdisciplinariteit uit spreekt en een nieuw en ruimer publiek aanspreekt. Dat geeft het huis een zeer unieke positie in België en daarbuiten. In de zaal een overwegend vrij jong publiek. Missie al deels geslaagd.
BOY: eerste VONK-productie

© Leontien Allemeersch
Theatermaakster Kyoko Scholiers verdiepte zich maandenlang in de wereld van de Jeugdzorg. Ze interviewde jeugdrechters, consulenten, pleeggezinnen, kinderpsychiaters, opvoeders, volwassenen die terugkijken op hun hulptraject, kinderen die in een voorziening blijven en hun ouders. De case van BOY is fictief maar is gebaseerd op hun input, de schrijnende toestanden in onze maatschappij. Kinderen in de puinhoop van het leven, een emotioneel slagveld. Het verhaal van een ploeterende sociale klasse. Het onvermogen om een kind groot te brengen: een gevulde maag, schone kleren, maar vooral een veilig en warm nest te geven. BOY toont alles behalve een idyllische wereld en etaleert een confrontatie van disfunctioneren en bad luck. De kwetsuren van moeder en kind worden belicht. Het is ook een oproep om verantwoordelijkheid voor elkaar.
Enscenering
Het scènebeeld is chaotisch: stenen, meubilair liggen kriskras verspreid over het podium. Later in de voorstelling krijg je de schakel aangereikt, het is de puinhoop die overblijft van de woning nadat de vader het huis in de fik heeft gestoken. Het staat ook symbool voor het falende jeugdbeleid en de verwoeste jeugd van BOY. De acteurs moeten hun decor steeds zelf opbouwen: stoelen of zetels met veel gerommel ergens tussenuit tillen en rechtzetten, een gammele tafel met drie en een halve poot met enkele stenen ondersteunen om functioneel te zijn, een bed omdraaien, enz. Deze handelingen verbreken het ritme en de flow. De voorstelling is filmisch opgebouwd met flashbacks en ook fast forwards. Er wordt evenwel een beetje té veel geschakeld én de acteurs wisselen ook constant van personage (enkel de moeder en de jongen blijven bij hun personage) waardoor het geheel wat rommelig wordt. Door de opbouw in flashbacks, wordt de spanningsboog telkens onderbroken. Het geheel is gehuld in een diffuse belichting. Alles oogt grauw. In de visuele component van het decor ligt de miserie er een beetje té dik opgesmeerd.
Muziek en spel

© Leontien Allemeersch
Het kinderkoor van de opera in vaalgrijze jasjes en broek gekleed staat aan de ene kant van het podium opgesteld, het HERMESensemble aan de andere zijde. Componist Joris Blanckaert wist de sfeer heel goed in zijn werk te verklanken. De muziek klinkt ijl en in sordino, ook de zang van het koor. Zowel instrument als stem verklanken de broeierige innerlijke wereld, de malende gedachten van het jongetje. In de combinatie van de twee vertelvormen (muziek en tekst) ligt de nadruk extra op de pijnpunten. Ze schragen de voorstelling. De discipline, subtiele zang en alertheid van het koor verdient alle lof.
Het plot
De aan drugs verslaafde moeder, vertolkt door Laurence Roothooft, komt geloofwaardig over. Ze groeide zelf op in een getroebleerd gezin en wil een goede moeder zijn, maar de trauma’s opgelopen in haar jeugd zetten haar klem in een vicieuze cirkel. Haar huwelijk is desastreus. Ze wordt door haar man in elkaar geslagen. Boy—knap en wijs vertolkt door de kleine, innemende Victor Saveniers—verwittigt de hulpdiensten. De vader verdwijnt met de noorderzon. De jeugddienst grijpt in en plaatst Boy. Hij komt terecht in een versnipperde wereld. De eerste halte is een opvanghuis. Bij zijn pleegouders vertoont hij destructief gedrag. De psychiater spreekt van een verstoorde gehechtheid. Wanneer zijn moeder in de psychiatrie belandt en apathisch in haar zetel zit, geeft Boy haar kusjes en borstelt hij liefdevol haar haren. Hun intimistisch samenzijn wordt ruw verstoord door de psychiatrische verpleegster. Hij moet anderhalve meter afstand houden. Bij zijn weggaan drukt hij toch nog vlug een zoen op haar voorhoofd. De moeder hield zich heel de tijd sterk maar vervalt dan in een psychose. Dit was een indrukwekkend staaltje van acteertalent. Sofie Decleir vertolkt de rol van jeugdconsulent die de hiaten in de jeugdzorg aankaart: het tekort aan personeel, de goodwill van zij die aan het werk zijn, de overuren die ze kloppen, het nijpende geldtekort en dan maar zelf kinderen in hun auto vervoeren die ze helemaal onderkotsen. Hier en daar wordt met een sterk citaat wat zwarte humor geïnjecteerd. Het geheel krijgt een lichte toets wanneer ze in gesprek gaat met de jeugdrechter en ze het hebben over banale, alledaagse dingen. De pleegouders, Joris Van den Brande en Tiny Bertels, geven de jongen de liefde die ze kunnen maar staan machteloos als zijn moeder verstek geeft op een afspraak, Boy niet komt ophalen of de telefoon niet wil beantwoorden. De ontgoocheling van Boy is beklemmend. Zijn stilte zegt meer dan honderd boekdelen! Greg Timmermans speelt de stoere vriend van Boy.
Dit eerste product van VONK hield het publiek wel twee volle uren in de ban, maar grijpt door de versnippering niet naar de keel. Het gegeven zou moeten pijn doen en schuren. De voorstelling beroert oppervlakkig, à fleur de peau. Het publiek beloonde het jonge talent wel met een uitbundige ovatie.
- WAAR & WANNEER: Opera Ballet Vlaanderen Antwerpen, vrijdag 10 september – 20.00u
- SCENARIO / REGIE: Kyoko Scholiers
- MUZIEK: Joris Blanckaert
- UITVOERDERS: HERMESensemble (Bezetting: Stijn Saveniers, cello en muzikale leiding; Karin de Fleyt, fluit; Peter Mercks, basklarinet en Gaetan La Mela percussie), Koor Vlaamse Opera o.l.v. Hendrik Derolez
- ACTEURS: Victor Saveniers, Sofie Decleir, Greg Timmermans, Tiny Bertels, Joris Van den Brande, Laurence Roothooft, Amelie en Isabella Van olmen
meer informatie over toekomstige producties: klik hier