Nu is het niet de traditie, laat staan dagelijkse kost, om een studentenduo aan een recensie te onderwerpen. Toch krijgt u als lezer van Klassiek Centraal deze exclusieve première. Eindredactrice Hermine Couvreur – iemand met een superieur muzikaal gevoel – en ikzelf zijn samen aanwezig op een stormachtige zondagmorgen in de MA’GO muziekacademie te Antwerpen.
Het programma van dit middagconcert is vrij ambitieus. Elk een half uur solo en na een korte pauze, opnieuw een half uur als pianoduo (eerst op twee piano’s en daarna vierhandig).
Vrouwelijk toucher
Mijn collega vindt dat Greet Wauters een vrouwelijke toets brengt in haar optreden. Ze begint met de Sonate 1.X.1905 van Leos Janáček (1854-1928). Niet erg bekend en dit zeer ten onrechte. Janáček schreef relatief weinig voor piano, maar wel zeer originele en hoogstaande muziek. Deze sonate ontstond naar aanleiding van de gewelddadige dood van een betogende arbeider, een incident dat de componist zodanig aangreep dat hij zonder precedent als het ware een nieuwe muzikale taal ontwikkelde. Nog twee hoogtepunten uit zijn oeuvre voor piano zijn “In de mist” en “Op een overwoekerd pad” waarvan sporadisch een cd-opname te vinden is, o.a. met Urbain Boodts, vader van Thomas.
Greet Wauters speelt de wondermooie sonate “sterk en gevoelig”, vindt Hermine
Het Allegro assai (nr. 1) uit Drei Klavierstücke (D 946) van Franz Schubert (1797-1828) vindt Hermine zeer vrouwelijk. Toch is het niet Schuberts mooiste stuk. Bovendien werd het wat aarzelend vertolkt. Achteraf zegt Greet: “Misschien was het Allegretto (nr. 2) een betere keuze geweest”. Terloops: de Blüthner van de MA’GO heeft allicht zijn beste dagen gehad. Dat hoor je vooral in de hoge tonen. Over de rest van het register echter wel zeer aanvaardbaar tot goed.
Man aan het woord
Na het voor de hand liggende ‘vrouwelijke toucher’ van Greet Wauters is Thomas Boodts aan de beurt, met de Sonate in b van Franz Liszt (1811-1886). Even slikken. Is dit niet het werk waar menig ‘volwassen’ pianist zich bijna letterlijk de tanden op stuk bijt? Jawel. Zoals gezegd: een ambitieuze onderneming.
“Een moeilijk stuk, maar zeer boeiend”, vindt Hermine. En ja hoor: het is omzeggens niet uit te leggen waarom dit nu zo boeiend is, ondanks het feit dat een recensent ooit schreef dat men bijna wiskundig en allicht ook biologisch kan bepalen of iets ontroerend zal zijn of niet. Geloof ik dus niet. Van begin tot einde zit ik met kippenvel en tranen in de ogen geboeid te luisteren. Hier wordt muziek gemaakt, met passie. Natuurlijk gaat het hier en daar fout. En dat weet Thomas in de eerste plaats zelf. Maar hij valt niet door de mand en speelt voort… passioneel en zeer muzikaal.
“Daarvoor moet je sterk zijn”, weet Hermine. Ze weet ook dat een piano nogal wat te verduren krijgt onder Liszt…
Vierhandig
Na de pauze namen Greet en Thomas elk plaats achter een vleugel. Hermine: “Het is de eerste keer dat ik een stuk hoor voor twee piano’s”. Lindaraja van Claude Debussy (1862-1918) is iets wat je bijna nooit te horen krijgt. Dit wijst op een intelligente programmakeuze. Een echte melomaan wil maar al te graag iets ‘nieuws’ horen. Niet alleen de grijsgedraaide ‘top 100’ van de klassieke muziek. Herkenbaar Debussy, dat wel, maar ook voor doorgewinterde oren een complete verrassing. De moeilijkheid goed samen te spelen wordt behoorlijk overwonnen. Hier en daar een kleine aarzeling maar perfect opgevangen door deze twee ‘nieuwelingen’.
Voor de ‘quatre-mains’ A la Chapelle Sixtine van Franz Liszt zitten beide pianisten uiteraard naast elkaar aan één vleugel. Net zoals tijdens het hele optreden, zit het publiek muisstil, gefascineerd te luisteren. Die muzikanten onthullen ons iets, want deze Liszt – in tegenstelling tot de sonate in het eerste deel van het optreden – is quasi onbekend. Je moet al in serieuze naslagwerken gaan graven om hierover iets te lezen. “Opnieuw een voltreffer”, erkent Hermine.
Met een daverend applaus worden beide pianisten opnieuw op het podium gevraagd. Ze danken het publiek met een korte wals van Johannes Brahms (1833-1897).
Na het optreden mengen beide zeer getalenteerde maar bescheiden musici zich tussen het publiek en beantwoorden graag de vele vragen. “Hoe is het mogelijk dat iemand zoiets als die sonate van Liszt helemaal uit het hoofd kent?” Glimlach. Nieuweling of niet: er gaan een enorm aantal uren oefening vooraf, aan elk optreden door om het even welke muzikant… Proficiat met deze ‘eersteling’ alvast. Nog veel jaren goede moed gewenst en veel Hals- und Beinbruch!