Er verschijnen niet alle dagen nieuwe cd’s met werk van Vlaamse componisten. Waarom dat zo is, moet je aan de artiesten en cd-uitgevers zelf vragen. Dat Phædra met de reeks ‘In Flanders Fields’ dé uitzondering op de regel is, weten we al langer. Sommigen nemen het heft in eigen handen en heel soms kan een grote distributeur verleid worden…
Er verschijnen niet alle dagen nieuwe cd’s met werk van Vlaamse componisten. Waarom dat zo is, moet je aan de artiesten en cd-uitgevers zelf vragen. Dat Phædra met de reeks ‘In Flanders Fields’ dé uitzondering op de regel is, weten we al langer. Sommigen nemen het heft in eigen handen en heel soms kan een grote distributeur verleid worden…
Enkele sterke persoonlijkheden, soms fel gecontesteerd maar dat brengt onder meer net die sterke persoonlijkheid met zich, zoals Lucien Posman, vader Kristiaan en zoon Maarten Van Ingelgem, Robert Groslot en Jef Neve verrijkten op korte tijd het cd-landschap met cd’s die uitsluitend aan hun werk gewijd zijn. We bespreken ze hier op een rijtje.
*** Welcome Stranger
Lucien Posman (°1952) is een van onze (vele!) betere componisten en hij kon bij Phædra in de bekende reeks In Flanders Fields een cd met elf werken van hem opnemen. De keuze voor deze opnamen viel op het vocaal/instrumentaal œuvre van Posman. Voor de uitvoering tekenen het Aquarius Kamerkoor met instrumentaal ensemble en solisten. Marc Michael de Smet leidt het geheel.
Bewust of onbewust, deze muziek herken je meteen als ‘Vlaams’, net zoals je vele andere muziek dikwijls recht in het midden van volk zus of zo kan plaatsen, ook al heeft de componist zich niet beziggehouden in het werk de ziel van zijn volk per se in dit of gene werk te leggen. Het is gewoon zo. Is het gewoon zo? Posman verwerkt in deze kerstcantate (on)opvallend oriëntaalse invloeden waarmee hij naar het gebied verwijst waar Jezus geboren is. Het hele werk is dan weer geënt op ‘Lauda per la Natività del Signore’ van Ottorino Respighi (1879 – 1936). Het is werk dat aandacht heeft voor melodie en een grote muzikaliteit toont, gecomponeerd binnen het raam van het postmodernisme.
Het instrumentaal ensemble begeleidt het koor in perfecte balans. Aquarius staat voor een sterke koorklank van goed geschoolde stemmen. De energieke dirigent de Smet houdt de lijnen strak maar geeft meer dan voldoende ruimte aan de vereiste frasering, adempauzes, op – en afbouw die de golfbewegingen in de muziek respecteert en inkleurt. Minder sterk zijn de solisten (zangers uit eigen rang) en soms hoor je in het koor toch nog eens een te heftige stem boven de anderen komen. Het zijn randbemerkingen voor een geslaagde productie.
*** In blijde verbijstering
Geld. Het is een probleem. Zeker in Vlaanderen als je aan cultuur doet. Van overheidswege moet je niet veel verwachten en het belastingsysteem in het land is te zwaar, wat sponsoring en giften beperkt houdt. Dit was zowat de oorzaak waarom de cd ‘In blijde verbijstering’ niet op het presentatieconcert kon aangeboden worden. De cd is er, met vertraging, maar het zal ons en u niet mogen weerhouden hem links te laten liggen.
Wat de muziek op zich betref, van zowel vader Kristiaan als zoon Maarten Van Ingelgem, verwijs ik graag naar de recensie van het presentatieconcert op 1 december 2013.
Er is natuurlijk een verschil tussen een live opvoering en een opname. Dat hoor je ook hier, zeker als je op de wereldcreatie mocht zijn van de werken. Is de sfeer dezelfde? Jazeker, de cd geeft helemaal weer wat je overkwam tijdens het concert, alleen is er meer afstand. Je kan je heel wat meer betrokken voelen door het volgen van de tekst in het cd-boekje. Beeld je dan even de kaarsencirkel in –een vast onderdeel van het Aquarius Kamerkoor dat deze cd uitvoert – en je kan mee mediteren. Want dat vragen het werk van Kristiaan Van Ingelgem en nog meer wordt dit gevraagd door dat van zoon Maarten. Zet enkele theelichtjes voor jou in een cirkel, luister naar deze cd, neem de tekst en de muziek in je op en vertoef in een betere wereld. Het kan.
***** Fluit & Piccolo
Robert Groslot is een van onze muzikale duizendpoten die we ons nog goed herinneren als laureaat van de Koningin Elisabethwedstrijd Piano. Als dirigent, componist, uitvoerder van ernstige klassiek tot iets puur commercieel als de Proms weet hij de dingen aan te pakken. Van jongsaf was deze wiskundeknobbel – ook dat nog – zeer ambitieus en werkte hij zich op het voorplan.
De jongste cd die hij met zijn eigen label op de markt bracht, is gewijd aan een aantal composities voor dwarsfluit en piccolo. Groslot kon voor deze cd beroep doen op fluittist Peter Verhoyen. Het ensemble Arco Baleno en de musici Eline Groslot (harp), Stefan De Schepper (piano), Helgo Rosin (marimba) en Benjamin Dieltiens (klarinet) begeleiden de fluit of piccolo in de respectievelijke composities waarvan een concerto voor fluit en orkest, een concerto voor piccolo en orkest, en enkele kamermuziekwerken (Bodede-Moke, Three Night Pieces, Suite for flute and piano, Albarossa en Four dance sketches).
De verschillende werken hebben telkens een heel ander karakter. Zo is het concerto voor fluit eerder een soms zenuwachtig gehaast werk, zeer tijdsgebonden en doorgecomponeerd. Het is niet Groslots sterkste compositie maar wordt wel erg knap uitgevoerd. Alle werken trouwens zijn zeer goed gespeeld. Dit is een staaltje van professionaliteit waar mee mag uitgepakt worden. Het meest word ik aangesproken door het concerto voor piccolo en orkest ook al ligt dit me nog niet helemaal. De kamermuziekwerken en de concerto’s geven wel een overzicht van de variatie aan stijlkenmerken die Groslot beheerst. Er zou wel heel wat meer emotie mogen aanwezig zijn. Alles lijkt wat teveel berekend, het mocht warmer zijn. Hoe dan ook, een zeer goede uitvoering die haar sterren waard is.
**** Jef Neve’s tweede pianoconcerto
Is Jef Neve een klassiek muzikant? Is hij een jazzpianist? Is hij een goedkoop componist die aast op het commerciële succes? Neve is alvast veelbesproken en we willen komaf maken met alle soorten commentaren of ze nu (te) lovend of (te) afbrekend zijn. We luisteren zo objectief mogelijk naar zijn ‘Second Piano Concerto’. Luister je mee?
Het concerto zet in met een ‘Molto Cantabile E Misterioso’. Mooi omschreven want zo is het helemaal. Ik kan aan de Italiaanse benaming geen woord toevoegen. Het ligt ook erg vlot in het oor, is wat gesuikerd. De melodie die er is, zet echter niet aan tot meezingen: dit betekent dat je ze niet meteen onthoudt. Is dat omdat het wat te flets is? Deel 2, ‘Ben Ritmato’ is dan wat anders. Dat zet echt energiek in met het nodige slagwerk én de stress van onze moderne samenleving vertolkend. De piano is ook krachtiger en vertelt meer. Come Una Fantasia, deel 3, heeft iets zwevend, dromend. Zeker bij de inzet is het zo. Je kan je ergens wanen in een verlaten stuk natuur waar je je maar half en half op je gemak voelt. Dat komt door de wirwar aan instrumenten en de notenbrij die na de zwevende inzet op je afkomt… En ja het Scherzo (deel 4), dat is een typisch scherzo. Pikant, gehaast, bijna hollend. Opnieuw dromerig, nog meer dan het begin van deel 3 is het 5de deel, Delicato. Je mag gerust stellen dat het is als op eieren lopen. Niet een mag breken en dus moet je er over schrijden alsof je op een luchtkussen zit. Het concerto eindigt als een apotheose die alle voorgaande delen doet vergeten en je wil onderdompelen in heel het orkest waar de piano iets heeft van fel aanwezig slagwerk met sterke akkoorden en sprongen…
Het concerto mag er zijn en is vooral een werk voor het podium, zo heb ik de indruk. De pianopartij is niet te moeilijk en mocht wel wat inhoudelijker zijn en minder clichématig geschreven. Het is tenslotte toch het instrument waar het hier om gaat. Nu heeft de componist blijkbaar vooral aandacht geschonken bij het schrijven van dit concerto aan het vlot kunnen spelen (technisch alvast) én aan het effect van de muziek op het publiek in een grote zaal. Het heeft iets commercieel (dat mag natuurlijk) en filmisch, maar iets meer eigenheid zou het toch nog sterker maken.
Dirk Brossé dirigeert Il Novecento en Jef Neve zelf zit aan de piano. Ze tekenen samen voor een hoogstaande uitvoering die je naast vele internationaal geroemde ensembles kan plaatsen.