***** Naar aanleiding van de 50ste herdenking van het overlijden van de legendarische Zwitserse pianist en pianopedagoog Alfred Cortot (1877-1962), geeft EMI een box uit met de remastering van de opnamen die Cortot maakte tussen 1919 en 1959. Cortot was een monument, de box ook.
***** Naar aanleiding van de 50ste herdenking van het overlijden van de legendarische Zwitserse pianist en pianopedagoog Alfred Cortot (1877-1962), geeft EMI een box uit met de remastering van de opnamen die Cortot maakte tussen 1919 en 1959. Cortot was een monument, de box ook.
Cortot was één van de beroemdste pianisten van zijn tijd. Hij studeerde aan het Parijse Conservatorium bij Émile Descombes (leerling van Frédéric Chopin) en speelde zijn debuut op de Concerts Colonne in 1897 met Beethovens 3de Pianoconcerto. Hij behaalde zijn Premier prix de piano, als 19-jarige in 1896, in de klas van Louis Diémer. De pianist Edouard Risler, nam hem mee naar Bayreuth waar hij Cosima leerde kennen, de weduwe van Richard Wagner. Tussen 1898 en 1901 was hij koorrepetitor en assistent van de Bayreuther Festspiele, werd een fervent Wagneriaan en dirigeerde in 1902 de Parijse première van Wagners Götterdämmerung.
In 1905 vormde Cortot een trio met Jacques Thibaud en Pablo Casals en in 1907 werd hij op vraag van directeur Gabriel Fauré, leraar piano aan het Conservatorium van Parijs, ter vervanging van Raoul Pugno (1852-1914). Cortot gaf er les tot 1923. Tot zijn leerlingen behoorden Clara Haskil, Yvonne Lefébure, Dinu Lipatti, Vlado Perlemuter, Simone Plé-Caussade en Marguerite Monnot (de liedjesschrijfster van Édith Piaf). In 1928 stichtte Alfred Cortot, samen met Ernest Ansermet en Louis Fourestier, het "Orchestre de Paris" dat tot 1939 bestond.
In 1919 richtten Alfred Cortot en de violist Auguste Mangeot de École Normale de Musique de Paris op. Dit conservatorium, nu bekend als École Normale Alfred Corto, is sinds 1927 gevestigd in een prachtig gebouw in Belle Epoque Stijl aan de mooie Boulevard Malesherbes. De directeur van het instituut is nu Henri Heugel. Heel voornaam is ook de concertzaal van het conservatorium. Die heet nu “Salle Cortot”. Deze "salle qui sonne comme un Stradivarius", dit architectonisch meesterwerk “dans le plus pur style Art Deco” met 400 zitplaatsen, werd ontworpen door de, jawel, Belgische architect Auguste Perret (1874-1954), die in 1913 ook het sublieme Théâtre des Champs-Élysées aan de avenue Montaigne, “à côté de l'hôtel Plaza Athénée”, in Parijs ontwierp.
Cortot maakte vooral naam als leraar/pianopedagoog. De voorliefde van Cortot ging naar de muziek van Beethoven, Chopin, Schumann, Mendelssohn en Liszt. Hij gaf hun werken uit in studie-uitgaven, met annotaties, extra oefeningen en aanwijzingen. Het waren zijn 'Editions de travail' die uitgegeven werden door Salabert in Parijs, en door Curzi in Milaan. De uitgaven gingen gepaard met Cortots waardevolle commentaren op het gebied van interpretatie.
De 40 cd’s zijn chronologisch gerangschikt. De eerste zeven cd’s brengen opnamen uit de jaren ’20, de cd’s 9 t.e.m.17, de dertiger jaren (o.a. concerti van Chopin, Schumann, Saint-Saëns, Ravels concerto pour la main gauche en de Variations symphoniques van Franck met dirigenten als Landon Ronald (1873-1938), Charles Munch en Barbirolli), 18 t.e.m. 22, de opnamen uit de jaren ’40, en 23 t.e.m. 28 brengen de opnamen uit de jaren ’50. Verdeeld over deze cd’s o.a. heel veel Schumann en veel Chopin en veel Debussy. De 12 laatste cd’s zijn opnamen van kamermuziek (o.a. de opname uit 1927 van het Pianokwintet van César Franck met violist André Mangeot met wie Cortot zijn school oprichtte), orkestwerk en door Cortot gesproken toelichtingen. De opnamen gaan terug tot 1919 (o.a. met werk van Albéniz, Liszt en Jeux d’eau van Ravel), en gaan tot de laatste opnamen die Cortot in 1957-58 in Londen maakte van de Préluden en de Balladen van Chopin.
Een meerwaarde van de uitgave is dat het niet alleen om solo-opnamen gaat, maar dat er ook opnamen bij zijn die hij in de late jaren ‘20 maakte met de violist Jacques Thibaud en de cellist Pablo Casals. Onder die opnamen bevinden zich de opname uit 1929 van het Dubbelconcerto van Brahms, met het Orquesta Pau Casals uit Barcelona en Cortot als dirigent, en de opnamen uit de jaren ’20 van Trio’s van Haydn, Beethoven, Schubert, Mendelssohn en Schumann. Ook de opname van het Huitième concert dans le goût théâtral van Couperin in een arrangement van Cortot, de opname van Bachs Brandenburgse concerten door het orkest van de school die Cortot in Parijs oprichtte, (nota bene de allereerste integrale opname ooit gemaakt van de Brandenburgse concerten), en de opnamen met de lyrische bariton Charles Panzera (1896-1976) van “Dichterliebe” van Schumann (1935), Mélodies van Debussy, opgenomen in 1936, met de Engelse sopraan Maggie Teyte (1888–1976), uiteraard, telkens met Cortot aan de piano, ontbreken niet. En heel bijzonder, ook de opnamen die Cortot in 1958-59 maakte aan de Pleyel van zijn school in Parijs, van enkele Beethovensonaten, die hij voorzag van commentaar, ontbreken niet.
Met de laatste 3cd’s kunt u dus als het ware een masterclass volgen bij Cortot. Uw masterclass wordt dan met het laatste nummer van de laatste cd, plechtig afgerond met de toespraak die Cortot hield op 19 maart 1959 in zijn school, in memoriam Dinu Lipatti. Deze uitgave wordt begeleid door een mooi tekstboekje. De achtergrondinformatie geschreven door François Anselmini wordt gevolgd door een treffend foto-album dat een beeld geeft van het leven van Cortot, van zijn geboorteplaats Nyon tot het Bourgondische Le Villars nabij Tournus, waar hij begraven ligt. Wist u trouwens dat Cortot de nonkel was van Edgar Varèse?
De remastering gebeurde in de studio “Art et Son” o.l.v. Rémi Jacobs. De toegevoegde opnamen van de lessen over de Beethovensonaten werden gerealiseerd met het advies van M .John Guthrie Luke, een leerling van Cortot, die er destijds bij was.
Deze box is van onschatbare waarde en mag geenszins ontbreken in uw persoonlijke discotheek. Met dank aan EMI.