Op zaterdag 20 augustus werd in AMUZ in Antwerpen een feestelijke opmaat gegeven tot het thema van Laus Polyphoniae 2011: de ziel van de Portugese muziek in de Middeleeuwen, Renaissance, vroege Barok en in … de immer jeukende fado. In het verre Portugal werd de polyfonie uit het Noorden op handen gedragen. Het zou tenslotte resulteren in een glanzende laatbloei van de polyfonie bij de Portugese componisten Manuel Cardoso en Duarte Lobo op de wip van de 16de naar de 17de eeuw.
Op zaterdag 20 augustus werd in AMUZ in Antwerpen een feestelijke opmaat gegeven tot het thema van Laus Polyphoniae 2011: de ziel van de Portugese muziek in de Middeleeuwen, Renaissance, vroege Barok en in … de immer jeukende fado. In het verre Portugal werd de polyfonie uit het Noorden op handen gedragen. Het zou tenslotte resulteren in een glanzende laatbloei van de polyfonie bij de Portugese componisten Manuel Cardoso en Duarte Lobo op de wip van de 16de naar de 17de eeuw.
Laus Polyphoniae bouwde een schitterende programmatie op rondom het Portugese erfgoed en de invloeden vanuit de Lage Landen. Het openingsevenement kon niet symbolischer gekozen zijn: een evocatie van het huwelijk in 1430 van Isabella van Portugal met de Bourgondische hertog Filips de Goede. Alles werd toen minutieus voorbereid: de hofschilder Jan Van Eyck werd twee jaar voordien naar Lissabon gezonden om er het portret van de koningsdochter te schilderen. Om zeker te zijn dat het in Brugge bij de hertog zou arriveren werd het in tweevoud geschilderd en afzonderlijk verstuurd: één over land en één over zee. Voor ons, 21ste eeuwers, mocht het niet baten. Geen van beide panelen is bewaard gebleven. Maar Laus Polyphonie zorgde wel voor een klank- en beeldimpressie in vijf taferelen met muziek van o.m. Dufay, Binchois, het L’homme armé motief en het Buxheimer Orgelbuch. Het concept ging uit van de artistieke leiders Dirk Snellings en Peter Van Heyghen en van modeontwerper Tim Van Steenbergen. Vijf tableaus trekken voorbij: de eerste hoofse contacten tussen het Bourgondische en het Portugese hof, het afscheid van Isabella, de blijde intrede van Isabella in Vlaanderen, de stichting van de Orde van het Gulden Vlies, en, natuurlijk, een groots avondfeest. Het was geen concert waarbij je mooi de stukjes in het programmaboekje kon volgen; het concept en de opeenvolging van de taferelen primeerde. Het publiek bleef in de duisternis terwijl de belichting zich uitsluitend focuste op die uitvoerders die op dat ogenblik hun aandeel in het verhaal vertelden. Daarbij werd de ruimtelijkheid van de Augustinuskerk ten volle benut voor een steeds wisselende, akoestische opstelling. Een verrassende en toch geen – gelukkig maar – verbluffende werking; de voorname en deels “sobere” aanpak leidde nooit de aandacht af van het muzikale, maar voegde er wel een extra dimensie aan toe. Zoals dat mooie beeld van de afscheidnemende Isabel van Portugal vanop de preekstoel met het anonieme “Adieu vous di” ; vervolgens hoor je haar stap in de duisternis doorheen het publiek en dan bestijgt ze plots, voor haar “Blijde Intrede in Vlaanderen”, het podium dat centraal in de kerk was opgesteld. Een groot podium trouwens, want uiteindelijk moest het toch plaats kunnen bieden aan minstens 17 uitvoerders in een heel bescheiden, maar doeltreffende regie.
Voor dit project hadden drie Vlaamse ensembles hun krachten gebundeld: de Capilla Flamenca, versterkt met de mooie sopraan (ja, in beide betekenissen) Olálla Aleman, en met blokfluit, drie gamba’s en orgel, verder het ensemble Mezzaluna rondom Peter Van Heyghen, en het Scorpio Collectief met bezieler Simen Van Mechelen. Wat me vooral getroffen heeft, is dat een uitgekiende, doorwrochte programmasamenstelling helemaal niet pedant hoeft over te komen, maar dat je er een pracht van een verhaal mee kan vertellen. Op voorwaarde natuurlijk dat die programmakeuze gebaseerd is op een doorleefde repertoirekennis die ook in staat is om weg te selecteren. Het is beter alles te weten wat je vertelt dan alles te vertellen wat je weet. En een tweede voorwaarde is de kwaliteit van de uitvoering: technisch, muzikaal, inspiratief. Het was hier meer dan in orde. En dat met drie ensembles die elkaar in heel korte tijd in één, niet zo simpel project moeten kunnen vinden. Driemaal chapeau.
We zijn benieuwd naar de volgende concerten in Laus Polyphoniae. Nog tot het slotconcert op zondag 28 augustus in de Sint-Pauluskerk in Antwerpen.