Met Zoroastre componeerde Jean-Philippe Rameau (1683-1764) een tragédie lyrique die uitmunt in zowel inhoudelijke als muzikale grootsheid. Het overweldigende van het werk vereist een uitstekende bezetting, niet alleen vocaal maar ook instrumentaal. In die zin is de pas verschenen opname bij Alpha een voltreffer. Alexis Kossenko dirigeert Les Ambassadeurs- La Grande Ecurie, Choeur de Chambre de Namur en een schare topzangers.
De opname is gemaakt tijdens de live-uitvoering in april van dit jaar in de Grand Manège in Namen. Ze was toen ook onder andere te zien in De Singel in Antwerpen, waarvan de recensie verscheen op Klassiek Centraal.
Toch even de belangrijkste aspecten van het werk opnieuw aanhalen. Zoroastre is de vierde tragédie lyrique die Jean-Philippe Rameau schreef. Het libretto is van Louis de Cahusac, een man die niet alleen tot de hogere kringen behoorde in Clermont, maar ook de grootmeester was van “La Grande Loge de France”. De opeenvolging van felle confrontaties tussen Goed en Kwaad, verpersoonlijkt door Zoroastre en Abramane kan terug te brengen zijn op de vrijmetselaarsconnotatie. Hij zou ook een van de enige medewerkers van Rameau zijn geweest, die het moeilijke karakter van de componist aankon.
Het hoofdpersonage Zoroaster (of Zarathoustra) is een Perzische religieuze hervormer uit de zevende eeuw voor Christus. De kern van zijn leer is de dualiteit tussen goed en kwaad. In het libretto wordt die strijd uiteraard uitgewerkt binnen het kader van een liefdesaffaire, al komt het verhaal daardoor nogal geforceerd over. Zoroastre is de vertegenwoordiger van Oromasès, het Opperwezen en de god van het Licht. Zijn tegenspeler is de tovenaar Abramane, dienaar van Arimane, de Geest van de Duisternis. Het werk kende nauwelijks succes bij de creatie in 1749, wat Rameau ertoe leidde in 1756 een tweede versie voor te stellen. Er werden personages geschrapt en toegevoegd, maar vooral kregen de liefdesperikelen meer aandacht. De strijd om de macht tussen Zoroastre en Abramane gaat gepaard met hun rivaliteit in de liefde voor Amélite. De kansen op succes in de liefde, worden gedwarsboomd door kwade – of beveiligd door goede geesten. Een sleutelfiguur in de conflicten is Erinice, die ook verliefd is op Amélite. Er zijn ook allegorische partijen die de Wraak, de Woede, de Haat, de Wanhoop verpersoonlijken. Uiteindelijk wint Zoroastre. Als Abramane dreigt Amélite te doden, roept hij de hemel aan en Abramane en zijn gezelschap worden door de bliksem getroffen. In de tempel van het Licht, worden Zoroastre en Amélite verenigd. Hun overwinning wordt uitbundig gevierd.
Voor deze concertante uitvoering grijpt dirigent Alexis Kossenko terug op de nog uitzonderlijk uitgevoerde originele versie van 1749. Hij is immers specialist in dit repertoire en zet de traditie voort van zijn voorganger Jean-Claude Malgoire om de uitvoeringspraktijk van de Franse barok historisch te herbronnen en te bouwen op het onderzoek van de musicologen van de laatste vijftig jaar. Het orkest waarmee Kossenko hier werkt, Les Ambassadeurs is trouwens de opvolger van La Grande Ecurie van Jean-Claude Malgoire. Laten we maar meteen de lof zingen van dit prachtige ensemble, dat in de talrijke instrumentale passages (rondeaus, sarabandes en alle andere typische Franse dansvormen van de barok) sprankelt en bruist. Maar evengoed in de begeleiding van de aria’s, duetten en vocale ensembles zijn ze alert en vol leven met prachtige passages van de traverso in de tedere aria’s van Amélite. Dirigent Alexis Kossenko beheerst het wisselend palet tussen zeer dramatische bladzijden en subliem-contemplatieve passages. Zinderende strijkers, snel dalende en stijgende toonladders in de houtblazers, wisselende dynamiek, voortdurend zet het orkest de tegenstelling tussen goed en kwaad contrastrijk in de verf. Het is een echt klankbord van tederheid en melancholie tegenover passages van gewelddadige uitbarstingen van woede, haat en wraak. Het orkest brengt het verhaal samen met de solisten mee tot leven.
De solisten zijn stuk voor stuk uit het juiste hout gesneden. Wonderlijk is de virtuositeit van het liefdespaar, Amélite en Zoroastre, vertolkt door – jawel – twee Belgische topzangers, Jodie Devos en Reinoud van Mechelen. Pas nog schitterde Jodie Devos als nauwelijks te overtreffen coloratuursopraan in Lakmé in de Opéra Royal de Wallonie. Deze cd-opname bevestigt haar kristalheldere stem die moeiteloos doorheen de hoogste noten zweeft, buigt en kronkelt doorheen lettergrepen die toch verstaanbaar blijven. Ze gaat daarbij ook niet mechanisch klinken, maar doet aanvoelen waarover ze zingt. Dat begint al in haar eerste aria “Reviens, c’est l’amour qui t’ appelle” en culmineert in de slotpassage “Règne amour”. Als haute contre is de stem van Reinoud Van Mechelen ideaal voor dit repertoire. Zijn hoogte straalt ook warmte uit, zijn dictie is perfect en zijn expressiviteit is onweerstaanbaar. (vb begin 2de bedrijf “A mes tristes regards” om maar één voorbeeldje aan te halen). Ook de andere partijen zijn perfect bezet met onder andere de bekende Véronique Gens in de kleinere partij van Erinice, maar ook de bas Tassis Christoyannis als de slechterik Abramane en Matthias Vidal en Gwendoline Blondeel in verschillende rollen, treffen de juiste toon.
Tenslotte past het Choeur de Chambre de Namur absoluut in het positieve plaatje. Het speelt een heel grote rol en bindt het geheel prachtig aan elkaar met zijn commentaartussenkomsten.
Wie houdt van Franse barokopera legt met deze opname van Zoroastre van Rameau een gouden luisterstuk in de speler, met een verzameling uitvoerders die maar zelden zo bij elkaar te vinden zijn. Gewoonweg prachtig. Voor wie een van de live-opvoeringen meemaakte bovendien een mooie herinnering.
WAT: Zoroastre, Tragédie lyrique van Jean-Philippe Rameau
WIE: Alexis Kossenko, dirigent
Jodie Devos, Reinoud Van Mechelen, Véronique Gens, Tassis Christoyannis e.a. Choeur de Chambre de Namur, Les Ambassadeurs- La Grande Ecurie
UITGAVE: Alpha 891
BESTELLEN: JPC