Na het toe te juichen initiatief van de cd met onder meer Vlaamse Marialiederen (te verkrijgen in de Antwerpse kathedraal en hier eerder besproken) programmeerde het Antwerpse Kathedraalkoor voor het jaarconcert (zaterdag 5 mei) een zuiver Vlaams programma. Eindelijk!
Dat doen wij, Vlamingen die altijd weer véél te weinig trots hebben, al te zelden om niet te zeggen nooit: een concertprogramma vullen met onze eigen muziek. Hoog tijd dus want we kennen haast niets meer van onze Vlaamse romantici die op het programma stonden. Ze zijn onbekenden geworden voor de grote massa (-45-jarigen en de +45-jarigen) die moeten zoeken in hun herinneringen om nog een en ander te herkennen, uitzonderingen daargelaten.
We hadden het geluk er bij te mogen zijn in de grootste kathedraal van de Nederlanden. Kapelmeester Sebastiaan van Steenberge leidde het Knapenkoor & Meisjescantorij met de mannen van het Antwerps Kathedraalkoor, het Antwerp Festival Orchestra (weeral Engels, poeh! ), organist-titularis Peter Van de Velde aan het binnenkort in restauratie zijnde Schijvenorgel en de jonge tenor Laurens-Alexander Wyns. De musici stonden en zaten op het oksaal vlak bij het grote orgel waarvan je soms wel hoort dat het een grote beurt nodig heeft. Dat groot onderhoud zal drie jaar duren. De Onze-Lieve-Vrouwekathedraal zal haar orgel moeten missen maar het zal nadien, hersteld in de oude glorie, de orgelklanken in de kerk laten galmen en de stenen, die zoveel geschiedenis torsen, doordringen met al die orgelpracht.
Benoit, Tinel, Wambach, De Vocht, Van Hoof, De Boeck, Nees, Peeters, Bikkembergs, van Steenberge en Jongen
Ja, we zetten de namen een keer in het vet in een uitgetrokken tussentitel. Zo zie je ze nog beter en vergeet je niet ze te noteren en op zoek te gaan naar hun werk. Doen lezers! Verrijk je muziekschat met hoogstaande werken van componisten die de middenmoot overstijgen en gelijk (en meer) gesteld kunnen worden aan vele grote namen van hun tijdgenoten die we wél (mogen) kennen. Vraag me niet welk werk ik het mooiste vond maar mijn voorkeur ging in het programma, voornamelijk aan Maria toegewijde liederen, uit naar August De Boeck – hij wordt dit jaar herdacht ondermeer op 3 juni met een concert in Rijsel (!) – gevolgd door Bikkembergs, De Vocht, Tinel, Benoit, Van Hoof… Zowat alles dus. Het kan moeilijk anders.
Ten tijde van Peter Benoit, die Europese naam en faam genoot en navolging kende van onder meer Emiel Wambach, ontstond er een school rond Jacques-Nicolas Lemmens voor kerkmuziek die een hoogtepunt kende met het genie Jules Van Nuffel. Beiden stonden niet op het programma maar wel hun adepten. De Mechelse stempel van Van Nuffel hoor je in Tinel, Van Hoof (ook al zou hij dit niet graag lezen) en Flor Peeters maar ook nog bij Kurt Bikkembergs van wie een zeer mooi ‘Ave Maris Stella’ werd uitgevoerd. Ik zou hier een volle bladzijde kunnen vullen over dit concert waar onze Vlaamse ziel werd blootgelegd. Brave muziek, vrome muziek, zuivere muziek, ragfijne muziek, luistermuziek, meezingmuziek maar boven al Grote Muziek. Zeg maar een voortzetting van dezelfde geest die ook de Vlaamse polyfonie zo beroemd maakte net als onze kunstschilders, beeldhouwers, architecten, tapijtwevers en noem maar op.
Het koor zingt op hoog niveau en mag aansluiten bij de kwaliteit van bijvoorbeeld Cantate Domino uit Aalst en In Dulci Jubilo uit Sint-Niklaas. Het enige minpunt was dat het orkest moeilijk hoorbaar was omdat de klank van de strijkers moeilijk boven de balustrade van het oksaal uitkomt. Ik kan alleen maar het applaus beamen en dat was langdurig met een staande ovatie. Meer dan welverdiend. Een dikke bravo!