Auteur Bernard Cornelis
“Mama, where is papa?” Dit is de vraag die onmiddellijk oprijst bij het in bloed vergulde scènebeeld. De personages zijn als het ware gevangen in eigen en andermans bloed. Alsof dit nog niet genoeg is, schieten de karkassen als ijspegels naar beneden. De horror van de Elektra door Opera Vlaanderen wordt nog meer voelbaar als de ontknoping dichterbij komt en het bloed werkelijk uit de hemel gutst…
Je waant je echt in een ongekende realiteit die totaal buiten of boven eenieders inlevingsvermogen ligt. De beelden branden zo sterk op ons netvlies dat we doordrongen worden van het feit dat het helemaal niet onmogelijk is dat zulke menselijke offers en/of rituelen werkelijk plaatsvinden in hogere kringen, nu nog altijd. In die zin is het verhaal nog altijd brandend actueel.
Het lijkt een machtsstrijd tussen enerzijds Klytaemnestra en haar dochter Elektra anderzijds. Wat drijft vooral Klytaemnestra bij het vermoorden van haar man Agamemnon en tevens vader van Elektra? Is het macht? Of is het omwille van het offer dat Agamemnon toendertijd pleegde op hun dochter Ifigeneia?
De wraak van Elektra en uiteindelijk ook haar broer Orestes voor de dood van hun vader, lijkt logischerwijs makkelijker te verklaren. Dit in tegenstelling tot het feit dat Orestes zelfmoord pleegt en Elektra geen bestaansredenen meer heeft na de volbrachte missie. Misschien was het wroeging, oorlogsmoeheid, … ?
Op het eerste zicht lijkt Klytaemnestra de ‘slechte’ of de duivelin en Elektra de ‘goeie’. Misschien is niets minder waar en kan iedereen, om het even wie, de rol opnemen van zowel Klytaemnestra of Elektra of Orestes…
Hedendaagser dan je denkt
Het lijkt een weerspiegeling van onze huidige maatschappij waarbij de vaderfiguur en/of moederfiguur veelal niet te bespeuren valt en daardoor vele generaties kinderen met een gigantische identiteitscrisis opgezadeld zitten waardoor er een kloof en/of conflict ontstaat tussen vorige generaties. Tegenwoordig worden kinderen al na een paar weken of maanden in crèches afgeleverd ook al situeert het echte verhaal zich in de nasleep van de slag om Troje en vindt het plaats in het paleis van Mycene.
Op de scène zien we een verbindingstrap. De trap van de ingebeelde ruimte, meer bepaald achter de coulissen om af te dalen naar het werkelijke en zichtbare scènebeeld, bevat 9 treden.
Het cijfer 9 staat voor onbaatzuchtiger worden, je inzetten voor anderen, leren geven, jezelf leren wegcijferen, je bevrijden van vooroordelen, geen gezag uitoefenen maar geduld, tact en tolerantie ontwikkelen.
Dit vond ik alvast opmerkelijk aangezien dit in totale tegenspraak is met wat dit verhaal ons wil vertellen. Het lijkt me geen toeval dat David Bösch, de regisseur, deze 9 treden symbolisch heeft ingeplant als onderliggend statement. Desalniettemin kan je het libretto bezwaarlijk een ingenieus en boeiend verhaal noemen. De woordkeuze en tekst van librettist Hugo von Hofmannsthal daarentegen vind ik van pure en tedere schoonheid getuigen…
Bekoring en vervoering
Bepaalde passages in de compositie van Richard Strauss doen me sterk denken aan Richard Wagner zoals ondermeer zijn inzetten van de tuba’s. Strauss’ ommekeer in zijn componeren was toch nog niet zo radicaal als de 2de Weense School. Hij wordt zeker niet atonaal. De compositie bracht me werkelijk in bekoring en vervoering.
Irène Theorin kwam bij mij héél overtuigend en ongelimiteerd over in haar rol van de wispelturige en onberekenbare Elektra. Eerst haar frustraties en ongenoegen uitwerkend op haar zus Chrysothemis om dan weer onderdanig en meegaand te zijn tegenover haar overheersende moeder Klytaemnestra. Daarbij kon ze rekenen op een uitstekende begeleiding van het orkest onder leiding van Dmitri Jurowski en tevens op veel bijval van haar publiek.
Renée Morloc als Klytaemnestra houdt haar staande door Elektra het vuur aan de schenen te leggen en haar wil op te dringen. Ze bestrijkt het podium alsof ze de heerseres is van de duisternis. Ausrine Stundyte uit Litouwen zingt de rol van Chrysothemis en wenst niks liever dan een vredig bestaan met man en kinderen. Ze wil zich zelfs verlagen om haar leven te delen met een boer. Károly Szemerédy als Orestes lijkt dan weer uit de doden te zijn opgestaan en het geschenk uit de hemel om Elektra’s plan daadwerkelijk ten uitvoer te brengen.
Deze productie kon alleszins op veel bijval rekenen bij de aanhoorders, waaronder ik mezelf graag reken. Tevens kijk ik uit en droom ik zachtjes verder naar operaproducties die liefdevolle en vreugdevolle boodschappen in zich dragen. Ik heb het gevoel dat ik teveel de andere kant van de medaille zie…