Tekst: Yarrid Dhooghe
** Het Vlaamse romantische lied is het onderwerp van De kern van alle dingen, het nieuwste album van de bas Robert Holl en pianist Jozef de Beenhouwer. De cd is ook de recentste uitgave van Phaedra’s reeks In Flanders’ Fields, dat de Vlaamse muziek in de schijnwerper plaatst. De cd belooft alleszins een (her)ontdekking te zijn. Maar doet ze ook verlangen naar meer?
Wat de liederen die Holl en de Beenhouwer voor De kern van alle dingen selecteerden bijeen schraagt, is niet zozeer het onderwerp als wel hun oorsprong. Immers alle liederen zijn op een of andere manier te liëren aan Vlaanderen. Bijna al de componisten zijn Vlaams. De enige uitzonderingen zijn de Waalse componist Gustave Huberti en de zanger Robert Holl zelf, een Nederlander. Maar zijn lied ‘De kern van alle dingen’ vindt wel Vlaamse bodem in de tekst van Felix Timmermans. Toch mist de cd eenheid. Met name de selectie uit ‘Wanderlieder’ van Gustave Huberti staat er nogal verloren bij. De oorzaak is vooral de Duitse taal die tussen de Vlaamse liederen bevreemdend is. Een focus op liederen uitsluitend in het Vlaams was wellicht interessanter geweest.
Maar het is juist in dat Vlaams dat het schoentje wringt. Het accent van de Nederlandse bas staat in contradictie met de Vlaamse achtergrond van de liederen, wat uiteraard los staat van Holls kwaliteiten als zanger. Toch is dit een gemiste kans, omdat het label Phaedra – zeker met de reeks In Flander’s Fields – de Vlaamse, vaak onbekende en niet eerder opgenomen muziek, weer onder de aandacht wil brengen. Een Vlaamse tongval had daarbij ongetwijfeld de muziek iets meer echtheid kunnen geven.
De cd zet de toon zwaarmoedig in met componist Edgar Tinels Grafgezangen. De directe opener op de woorden ‘Daar bloeit op het graf een vergeetmijniet, / diep tusschen de treurende halmen’ komt indrukwekkend over. Holl zingt de melodieën nogal statisch, haast zakelijk. Dit past wel bij de vaak formele en droeve aangelegenheid die een uitvaart is, maar deze zeer gedragen toonzetting is een bijna ononderbroken constante van de cd. Enkel in de selectie uit Hubertis Wanderlieder slaagt Holl erin om op de gepaste momenten zich van het plechtige karakter te ontdoen. Dat is jammer, want niet alle composities op de cd zijn begrafenisliederen, al hebben de meeste wel een verwijzing naar de dood en/of zijn bitterzoet van ondertoon. Juist bij die bitterzoete liederen had een tikkeltje meer emotie gemogen.
De Beenhouwer toont in De kern van alle dingen voor de zoveelste keer dat hij een uitstekend begeleider is. Wanneer de zang het meest prominent aanwezig is, weet hij deze op een toepasselijke manier te begeleiden. Maar waar hij kan, komt de Beenhouwer meer op de voorgrond. Zeker in de Vlaamse liederen is het pianospel vaak zeer contrastrijk met de gedragen zang. Het is alsof de Beenhouwer daar de echte sleutel tot emotie bezit.
Holl en de Beenhouwer hebben gezorgd voor een degelijk album. Ze tonen aan dat de Vlaamse liederen niet per definitie moeten onderdoen voor de Duitse liedkunst. Toch zou – zoals hoger vermeld – de compositiekeuze beter kunnen. Het is jammer dat de plechtstatige zang van Holl ervoor zorgt dat er weinig leven in de muziek zit. De Beenhouwers begeleiding creëert meer raffinement en is daardoor bij momenten zelfs boeiender dan de zang. Toch kan dit niet het gevoel wegnemen dat er in deze cd meer had kunnen zitten.
WAT: De kern van alle dingen
WIE: Robert Holl (bas) en Jozef de Beenhouwer (piano)
UITGEVER: Phaedra – 5412327920889
Tekst: Yarrid Dhooghe