**** Muziek zien uitvoeren heeft altijd iets anders dan alleen luisteren. Luisteren zonder zien, doe je met meer aandacht enerzijds maar anderzijds bestaat toch altijd het risico dat de aandacht kan verzwakken…
**** Muziek zien uitvoeren heeft altijd iets anders dan alleen luisteren. Luisteren zonder zien, doe je met meer aandacht enerzijds maar anderzijds bestaat toch altijd het risico dat de aandacht kan verzwakken omdat er bij het beluisteren zonder een beeld te zien, je zelf dat beeld voor ogen moet halen en dat kan niet iedereen zomaar. Niet iedereen kan ook zomaar naar een concert en nog minder naar een concert met pianist Daniel Barenboim. Het is een geluk deze muzikale globetrotter en muzikale polyglot een keer op een podium aan het werk te zien en horen in je omgeving. Dankzij Arthaus kan je nu zo een concert op dvd in huis halen. Een concert nog wel van het Ruhr Piano Festival 2010 live uit de Philharmonie Essen, een pracht van een concertzaal.
Andris Nelsons leidt de Staatskapelle Berlin met een concert dat begint met de symfonie in e, Hob. I:44, De Morgen, van Joseph Haydn. Het orkest huppelt zondermeer door de symfonie heen met een dirigent die meer show verkoopt dan wel dirigeert en met Haydn in het hoofd zit. Het is een typische ‘inspeler’ voor het grote werk dat komen gaat. En het grote werk komt met Frédéric Chopin zijn twee pianoconcerto’s. Het tweede komt eerst aan bod en dat is een juiste keuze van Daniel Barenboim want het is feitelijk Chopins eerste concerto. Wat speelt die man toch verrukkelijk! Wie niet de vlinders in de buik voelt van die eerste grote verliefdheden, is niet van deze wereld. Een geluk is het dat Barenboim opnieuw Chopin is gaan spelen. Hij maakt er niet iets van zichzelf van, hij leeft zich met grote overgave in Chopin in, hij wordt als het ware de verliefde jongeling al is er iets vaderlijks in zijn spel dat net te vaderlijk is. Sierlijk als een koppel zwanen op een parkmeertje komen de klanken uit de piano. Ik zou er uren naar kunnen luisteren. Het concert nr 1 (en dus in feite het tweede) is al even rijk aan pianistieke meesterschap en wordt niet minder edel – Chopin had iets van een nobelman – vertolkt door een buitengewoon geconcentreerd pianist die dan wel in de concertzaal zit maar feitelijk heel dicht bij Chopin verblijft. Hem een beetje vragend aankijkend: “Zo moet het toch he?” want Barenboim wil het niet beter weten of kunnen dan de meester zelf. Hij wil Chopin laten horen als is het Chopin zelf die in de zaal het publiek bekoort.
Minder ben ik in de wolken van de dirigent die vergeet dat bescheidenheid siert – zoals bij Barenboim – en zich heel de tijd parmantig profileert. Wie is die man eigenlijk? Hij beseft op de camera te komen en wil zich lekker in de kijker stellen met veel show en glitter maar wat een contrast is me dat met de pianist die in feite leidt en de dirigent overbodig maakt. De mindere prestatie van Nelsons is er de oorzaak van dat deze cd geen Gouden Label krijgt. De pianist verdient goud, het orkest door toedoen van de dirigent twee sterren omdat het wel te doen is maar niet vebluffend speelt. Deels een gemiste kans kan je zeggen maar Daniel Barenboim presteert zo sterk dat je het mindere snel vergeet en omdat de pianist afrondt met Chopins Valse Brillante in a. mmm…