Anton Bruckner noemde zijn Symfonie nr. 8 in C klein een ‘mysterie’; anderen zagen het als een ‘apocalyptisch’ werk. Voor Paavo Järvi is het de ‘meest ongewone symfonie’ van de componist en het ‘hoogtepunt’ van zijn symfonische productie. In de geschiedenis van het Tonhalle-Orchester Zürich neemt de Achtste Symfonie een speciale plaats in, omdat het de eerste Bruckner was die het orkest uitvoerde – in 1905, twaalf jaar na de première in Wenen van wat toen de langste symfonie in de muziekgeschiedenis was, en Bruckners enige werk dat harpen vereiste: “Een harp hoort niet thuis in een symfonie, maar ik kon niet anders!”, zei de componist naar verluidt.
Bruckner: Symphony No.8
Tonhalle-Orchester Zürch
Paavo Järvi, dirigent
Label: Alpha Classics | ALPHA987
Bestellen: JPC