De drie grote cultuurgebieden in Europa hebben niet alleen oorlog onder en met elkaar gevoerd, ze hebben ook elkaar cultureel beïnvloed. Romaans, Germaans, Slavisch: meer dan we eigenlijk beseffen, staan ze ergens voor, nog steeds.
De drie grote cultuurgebieden in Europa hebben niet alleen oorlog onder en met elkaar gevoerd, ze hebben ook elkaar cultureel beïnvloed. Romaans, Germaans, Slavisch: meer dan we eigenlijk beseffen, staan ze ergens voor, nog steeds.
Zie wat er vandaag binnen het raam van de Europese geopolitiek gebeurt en welke belangen allemaal spelen. Geef ons dan maar de muziek en laat die een inspiratie zijn om de conflicten te beslechten en het bloedvergieten te stoppen. In deze kunnen misschien Modest Petrowitsch Mussorgsky (ook wel Moessorgski geschreven) (1839-1881) en Antonín Dvorák (1841-1904) hun steentje bijdragen. De meest ‘westerse’ en net daardoor misschien wel de meest Slavisch gebleven van beiden is Dvořák. Mussorgsky onderging minder de Germaans/Romaanse invloeden en componeerde vooral voor piano naast zijn beroemde opera Boris Goedonov. Waar Dvořák een schitterende loopbaan uitbouwde, verging het Mussorgsky slechter. Hij verarmde en verloor zich in alcohol wat op zijn 42ste tot zijn te vroege dood leidde. Beide waren feitelijk autodidact, maar zo getalenteerd dat ze voor eeuwen mee de wereldwijde muziekscène bepalen.
**** ‘Pure Mussorgsky’
Onder deze titel verscheen bij Berlin Classics een cd met zijn beroemdste pianowerk – Beelden uit een Tentoonstelling – en de Liederen en Dansen van de Dood, een onvoltooide cyclus. Andrej Hoteev speelt piano en de sopraan Elena Pankratova zingt. De liederen komen bijzonder zwaar, zwartgallig?, over. De liederen werden geschreven voor een sopraan met een grote tessituur die van de diepere mezzo tot de hoge sopraantonen aankan met het nodige volume en de vereiste draagkracht van bijvoorbeeld een Brünnhilde van Wagner. Pantrakova zingt de liederen ‘op zijn Russisch’, met een heel andere stemtechniek dan gebruikt moet worden voor het grote bij ons bekende œuvre. De druk van de borst en keel geven een dramatische, bijna gewelddadige indruk waar je moet aan wennen. De uitvoering door deze sopraan is overdonderend en je raakt je kluts kwijt. Meer dan een keer luisteren is de boodschap om te wennen aan deze zang. Veel vlotter in het oor ligt het pianospel van Hoteev. In één woord? Betovering. Je krijgt een synthese van hoe hier de Europese culturen muzikaal samensmelten via de compositie en de uitvoering. We kennen de Beelden uit een Tentoonstelling eerder in de orkestratie van Maurice Ravel waarmee je opnieuw die wisselwerking hebt, maar de originele pianoversie, die we te weinig te horen krijgen, is, zeker in deze uitvoering door Hoteev, onvervangbaar. Hij overtuigt de luisteraar, zeker met zijn absoluut uitgebreide schakering van pianistieke kleuren, van ‘zijn’ gelijk: het origineel is altijd beter dan de kopie.
**** De Nieuwe Wereld en Slavische Dansen
Met enige vertraging bespreken we voor u de tweede CD die het Brussels Philharmonic in eigen beheer en onder eigen label uitgaf. Men koos voor de populaire negende symfonie – De Nieuwe Wereld – van Antonín Dvořák en voor diens Slavische Dansen.
Je hoort het gelijk van intendant Gunther Broucke in deze opname: een orkest heeft niet alleen nood aan professioneel bezielde mensen en een dirigent met visie en kunde, je hebt ook nood aan kwaliteitsinstrumenten. We zijn benieuwd hoe het orkest, eens de nodige strijkinstrumenten voor handen (zoals u weet werkt het orkest aan een fonds om instrumenten aan te kopen), zal klinken…
Michel Tabachnik leidt het orkest zoals we hem kennen: energiek, met daadkracht en toch een gemoedelijke glimlach. Zijn persoonlijkheid ligt sterk in deze opname en zo krijgt deze Slavische muziek een eerder Romaanse inslag terwijl de componist sterk Germaans beïnvloed werd. Je voelt in zowel de symfonie als de eerder gecomponeerde dansen dat Dvorák een gelukkig man moet geweest zijn, ook al werd hij tijdens zijn verblijf in de Verenigde Staten van Amerika verteerd van heimwee naar zijn vaderland dat in die tijd vorm kreeg.
Het orkest zwiert door de symfonie met veel elan en bewijst present te zijn. Het nodigt je uit om het ware Tsjechië te ontdekken in volle zomer. Geen weemoed – ja toch wel, zoals altijd wel in de Slavische muziek – maar vooral een ode aan de schoonheid van een volk. Rijke muziek, geniaal. Verhelderend gespeeld door het Brussels Philharmonic dat meer en meer zijn plaats verdient op de grote internationale podia. Deze CD is een van de visitekaartjes.