Johann Hermann Schein is Bach niet, maar zou het eerlijk zijn uitsluitend over Bach te spreken en zijn muziek uit te voeren op een festival zoals de Bach Academie? De Bach Academie is veel meer dan zomaar muziek van de grote Johann Sebastian Bach alleen en zo werd er terecht aandacht geschonken aan zij die hem voorgingen en misschien wel zijn weg baanden, bewust of onbewust.
Voor het concert presenteerde Philippe Herreweeghe de jongste cd van ‘zijn’ eerste viool van het Collegium Vocale Gent: Christina Busch. Meer hierover lees je in de cd-rubriek. Zeker lezen want de dubbel cd kreeg een Gouden Label. Voor de weinige aanwezige muziekjournalisten (Klara en Klassiek Centraal waren er vergezeld van collega’s die niet uit de klassieke muziek komen maar er wél waren…) was een voorstelling van dit niveau dé insteek om enkele luttele minuten later te luisteren naar ‘Israelis Brünnlein’, gecomponeerd in 1623 door Schein (1586-1630). Fouten zijn des mensen en dus was het nog even een pupiter zoeken voor de dirigent (Herreweeghe) zijn partituur. Hij dirigeert niet alles uit het hoofd. Het prettige aan zo’n fout (ach ja) is dat de sfeer losser is en er op een of andere familialer wordt gemusiceerd.
Herreweeghe koos voor een kleine bezetting, zoals in die tijd veel voorkwam, mogelijk omwille van de hoge kosten die een grotere bezetting destijds – en ook vandaag – vraagt. Zorgvuldig koos de ervaren musicus zijn instrumentalisten en zangers wat leidde tot een bijna perfecte ‘eenstemmigheid in het meerstemmige’. Eén zangers zong, naar mijn smaak, soms te heftig maar dit doet geen afbreuk aan haar kwaliteit. Mag ik vermoeden dat het persoonlijke temperament door Herreweeghe net niet voldoende getemperd kon worden? Juist, we zijn allemaal mensen.
Het is goed een dergelijk onbekend werk op het podium te brengen, al is het anderzijds toch opletten want dit werk, bijna integraal zonder pauze uitvoeren – als alternatief waren er twee solo-instrumentale interludia – is soms van het goede te veel. In deze werd het wat vervelend omdat de componist zichzelf toch op de vlakte houdt ondanks soms zeer trouw aan de tekst gecomponeerde zinnen waar meer intensiteit aan te pas kwam maar over het algemeen, naar mijn gevoel, te weinig. Beeld ik me in dat het publiek dat wel enthousiast handgeklap ten prijze gaf ook iets te lang op de proef werd gesteld? Hoesten, snoepjes en het daarbij horende geritsel van papiertjes… En toch was het applaus meer dan verdiend, de musici en dirigent lieten horen dat solisten niet altijd solisten zijn maar ook, goed geleid, in grote harmonie, (PHI of gulden snede getrouw), kunnen musiceren. Los van de enkele bedenkingen zagen we Herreweeghe in zijn betere doen, dit is muziek naar zijn hand. Muziek als deze maakte de Gentenaar tot wie hij is.