Black Oak Ensemble, het in Chicago gevestigde strijktrio met een internationale aanhang, trakteert luisteraars op een dubbelalbum met stijlvolle en vaak geestige Franse schatten geschreven tussen de wereldoorlogen.
Het ensemble biedt zeven zelden gehoorde delicatessen uit de jaren 1920 en ’30, waaronder wereldpremière opnames van trio’s van Henri Tomasi, Robert Casadesus, en Gustave Samazeuilh samen met werken van Jean Cras, Emile Goué, Jean Françaix, en Gabriel Pierné. De meeste zijn geschreven voor en opgedragen aan het virtuoze Trio Pasquier, dat tot de kamermuziek supersterren van die tijd behoorde.
Tomasi’s mediterrane wortels zijn te horen in de Provençaalse volksmelodie waarnaar verwezen wordt in zijn Trio à cordes en forme de divertissement, dat bekend staat om zijn kleurrijke, caleidoscopische finale. Casadesus’ Trio à cordes paart vakmanschap aan poëtische oprechtheid. Samazeuilh, een leerling van Claude Debussy, schreef zijn Suite en trio in de vorm van een barokke danssuite.
De Keltische volksmuziek van zijn geboortestreek Bretagne komt naar voren in Cras’ Trio pour violon, alto et violoncelle, evenals een hommage aan Beethovens strijkkwartet op. 132. Goué schreef zijn Trio pour violon, alto et violoncelle, bezield met volksdanselementen, aan de vooravond van zijn legerdienst in de Tweede Wereldoorlog. Françaix’ Trio vertoont zijn kenmerkende helderheid van textuur, beweeglijkheid en gevoel voor humor. Pierné’s Trois pièces en trio heeft nog meer plezier met de luisteraar met zijn satirische finale die bedwelmde, struikelende “dikke katten” (eigenlijk een ironische verwijzing naar geestelijken/priesters) in de stad voorstelt.
*Als u een aankoop doet via bovenstaande link krijgen wij een kleine vergoeding. Zo kunnen we u blijven voorzien van recensies en artikelen. Door iets via onze link te kopen, steun je ons in het schrijven van nieuwe artikelen. Producten worden voor jou nooit duurder als je gebruikmaakt van onze links.