Tien jaar bestaat het Klarafestival en dat zullen we geweten hebben. Nooit eerder stond het Brusselse luik van het Festival van Vlaanderen dat in feite al heel wat langer bestaat, prominent op de eerste rij. Meteen ook een gelegenheid om ingrijpende veranderingen door te voeren?
Tien jaar bestaat het Klarafestival en dat zullen we geweten hebben. Nooit eerder stond het Brusselse luik van het Festival van Vlaanderen dat in feite al heel wat langer bestaat, prominent op de eerste rij. Meteen ook een gelegenheid om ingrijpende veranderingen door te voeren?
Een festival van de herfst naar de lente verplaatsen, het heeft symbolisch een bepaalde sterkte en straalt hoop uit. De herfst verwijst naar de oogst en het voorbije groeiseizoen, de lente daarentegen kijkt hoopvol naar de toekomst. Mogen we ook zo, zonder dat het op deze wijze uitgesproken werd of geschreven staat, de nieuwe tijdsplanning van het Klarafestival bekijken? Als we artistiek leider, Hendrik Storme mogen geloven: zeker wel!
We laten hem de gedachten de vrije loop gaan, pratend in de nieuwe huisvesting van het Festival van Vlaanderen Brussel… De veiligste plaats van ons land, amper bereikbaar en met ogen langs alle kanten. Huis maar eens vlakbij de toegangsweg naar de Amerikaanse ambassade. Voor ik aan de deur van het gebouw was, had ik al vier controles achter de rug. “Aha, het Festival van Vlaanderen, die zitten daar.”
Hendrik Storme: “Het meest opvallend is dat we van september naar maart verhuisden. Het is meteen een nieuwe opdracht want het valt midden het hoogtepunt van het cultureel seizoen. Dat was, volgens ons, nodig in een stad met veel en goede partners”. … “We blijven hoe dan ook trouw aan onze filosofie: een eclectisch programma. Er is ook het internationaal perspectief. Voor een festival als het onze, in toch een hoofdstad die meer is dan die van een land op zich, moeten we ons niet te veel focussen op eigen artiesten maar richten we het venster op heel de wereld. Een wereld die in deze stad niet weg te denken is en
die je overal opmerkt.”
“Het Klarafestival is een ‘samenwerkingsfestival’ zeg maar. Erg dicht bij elkaar heb je de drie huizen die niet alleen in Brussel van belang zijn maar die internationale faam genieten: Bozar (het Paleis voor Schone Kunsten), Flagey (het voormalig radiogebouw) en De Munt (de nationale opera). Met hen kunnen samenwerken geeft zéér veel publieke belangstelling. Als je ziet hoe de kaartenverkoop loopt en hoe snel sommige concerten zijn uitverkocht…”
“Is er nog een toegevoegde waarde mogelijk?”, zo vraagt Storme zich (terecht?) af. En meteen geeft hij een antwoord. Wij noteren. “Neem nu Winterreise van Franz Schubert. We trachten dit tijdloos meesterwerk in te kleden door een samenwerking met Michaël Borremans, Johan Simons en Mark Andre. Het is wel opletten dat we geen valkuilen graven.” … “Arthur van Henry Purcell hertalen we naar het heden. Nu we in 2014 het begin 100 jaar geleden van de Groote Oorlog, WO I, herdenken, worden de Engelse wouden de Vlaamse Velden (ook gekend als ‘Flanders Fields’). We leggen linken en het bevestigt ook het avontuurlijke karakter.”
Met een bevlogenheid zegt Strome zo ineens: “Artistieke exellentie! Dàt is waar we voor staan. Het moet (!) goed zijn. Kwaliteit !” Het typeert zijn beleid dat hij sinds vijf haar heeft over het Klarafestival dat sinds die vijf jaar sterk groeide en nog groeit en meer internationale uitstraling kreeg. Trots is hier geen misplaatst gevoel.
“Nog even de toegevoegde waarde: in de toekomst willen we eigen producties. En opnieuw gaan we werken met een jaarthema wat door de tiende verjaardag – een thema op zich – niet kon dit jaar.”
“Voor het Klarafestival was er toch al het Festival van Vlaanderen Brussel, is deze verjaardag dan wel terecht?”, zo luidt onze enige vraag. Storme: “Dat klopt natuurlijk, maar toch klopt ook deze verjaardag. Het FvV Brussel ging samenwerken met de radio, Klara. Het werd ons in het oor gefluisterd dat de klassieke radiozender zoiets als een festival wel zou kunnen ‘gebruiken’ en het festival kon de radio ook best ‘gebruiken’. Zo werd het wat vastgelopen en kleine Festival van Vlaanderen Brussel een ‘radiofestival’, een dubbele promotor van de klassieke muzieksector. Een win-win situatie op alle vlakken, zo mag je het stellen.”
“Klassieke muziek behoort tot de kern van de Europese identiteit, die mogen we toch wel verdedigen? We moeten er trots op zijn. In de ‘I-phone-tijd’, meer dan ooit. Een tijd waar de dingen veeleer naast dan boven/onder elkaar staan. Er zijn geen trappen meer, alles is vlak. Daar zit ook een uitdaging want onze Europese cultuur is een van trappen die elk waarden op zich betekenen.”
“Weet je, het Klarafestival kent veellagigheid. Daarom bijvoorbeeld een uitdaginsproject zoals de avond met Chris Defoort, Lang Lang en het Orkestgebouw Amsterdam. Die veellagigheid spreekt ook meerdere publieken aan. Er is niet één publiek! Daardoor bereiken we ook veel jeugd en dat? Dat is o zo belangrijk want zij zijn een van de publieken van de toekomst. Wat als de jeugd niet meer in aanraking komt met klassieke muziek? De muziek van de emotie?” …
Hendrik Storme, eveneens artistiek leider van het barokorkest B’Rock, heeft nog veel meer te vertellen. Een deel van zijn boodschap zit verweven in zowel het Klarafestival en in B’Rock. Het is duidelijk dat hij nog meer in de marge heeft. Op te volgen!